506
aangehaald de woorden van Edmond Delage in de Temps (ten bewijze hoe
belangrijk men de luchtvaart aanslaat in Amerika)
De door de Am. marine ontplooide kracht voor het scheppen van lucht-
vaartpersoneel is geweldig. Alle marine-officieren, zonder uitzondering, die
van de marine-opleidingsschool komen, moeten een vliegtuig kunnen bestu
ren. Daarna heeft selectie plaats voor het volgen van een cursus van 42
weken te Pensacola, na afloop waarvan zij het brevet voor marine-vlieger
ontvangen. Men taxeert het aantal sinds 1914 door het groote luchtvaart
station afgeleverde vliegers op niet minder dan 3400. De Am. marine heeft
geloof in de luchtvaart. Vele van hare chefs zijn haar ware apostelen.
Een van hen, admiraal Moffet, heeft kortgeleden verklaard dat de Am. ma
rine-luchtvaart haar critieke punt voorbij is en dat zij voortaan het essen-
tieele deel van de vloot zal uitmaken".
Strategie.
De Militaire Spectator No. 2, Februari en No. 3 Maart 1929. He-
dendaagsche strategische begrippen", kapitein gen. Staf B. van Slobbe.
In de Inleiding" van dit zeer belangwekkende artikel zegt schr.
De grondbeginselen der strategie zijn in den loop der eeuwen onveranderd
gebleven en zullen in de toekomst geen wijziging ondergaan. Zij zijn er
on gericht de eigen krachten tegenover die van den vijand te brengen op
zoodanige wijze, dat overwicht wordt verkregen". „Geheel en al kunnen we
het verleden niet laten rusten. Voor het bepalen der hedendaagsche stra
tegie moeten we eerst de denkbeelden die vóór 1914 en gedurende den groo
ten oorlog heerschten en die in den grooten oorlog werden toegepast, in
beschouwing nemen, daar de tegenwoordige begrippen zich daaruit direct
hebben ontwikkeld. Deze denkbeelden worden weergegeven in: Strategische
begrippen, onmiddellijk vóór den oorlog", waarin we ontwikkeld vinden de in
Duitschland heerschende begrippen die „via von Moltke en Clausewitz, van
Napoleon afkomstig waren". Daarna geeft schr. de strategische denkbeelden
van Franschen kant, waarbij vnl. de inzichten van Foch en De Grandmaison
uitvoerig worden belicht, om daarna te behandelen: „de tijdens den grooten
oorlog toegepaste strategie en de daaruit te maken gevolgtrekkingen en de
„Inzichten na den oorlog". We bevelen het artikel bijzonder in de aandacht
der lezers aan.
Lichamelijke opvoeding.
De Militaire Spectator. No. 3, Maart 1929. „De beteekenis van de sport
voor het leger", gen. majoor W.E. van Dam van Isselt.
Schr. zegt o.a., op het groote belang van de sport voor een leger wijzende
Naar mijn innige overtuiging hebben wij hier niet met een nevenzaak, doch
met een der primaire waarden van een intrinsiek deugdelijke militaire op
voeding en opleiding te maken. Daarenboven behoort het leger de leiding
van de ontwikkeling der sport in de burgermaatschappij en hare propaganda
te hebben en te houden zooveel als slechts eenigszins vereenigbaar is met de
bijzonder moeilijke omstandigheden waaronder het na den oorlog werkt.
Mil. Wochenblatt No. 29, Februari 1929. „Physiologie de la marche
militaire".
In dit artikel geeft de schr. een overzicht van het gelijknamige hoofdstuk
van het werk van luit. kol. BesnardL'éducation physique au service de la
tactique. De verhandeling over den marsch wordt in 3 deelen veideeld nl. 1.
Mécanisme de la marche2. Physiologie de la marche3. Applications a la
marche militaire.
In het kort geeft schr. de voornaamste wetenswaardigheden dezer 3 deelen
weer. Hij wijst o.a. op het te groote gewicht van de bepakking van de int.
(28 K.G.) Door het aantal voertuigen van het regt. (155) met 20 uit te breiden
bereikt men de mogelijkheid den infanterist van zijn ransel te verlossen, wat
ten gevolge heeft grootere beweeglijkheid door de belangrijk minder gevor-