Betong, dat den 18 November 1926 met een bezoek van 12 vlieg tuigen werd geopend. Daar door de activiteit der L. A. ook de Directeur van G. B. voor deze plannen was geïnteresseerd, was het ten slotte mogelijk dat een regeeringsopdracht werd verstrekt aan, een tweetal officieren om ter plaatse de mogelijkheid van aanleg, dezer route te bestudeeren. Het resultaat dezer commissie is zooals. bekend onverdeeld gunstig geweest, zoo zelfs dat verschillende terreinen zonder onkosten dezerzijds, terstond zijn tot stand geko men. Sumatra lag zoodoende onmiddellijk open voor het luchtver keer, hetgeen door de L. A. nog in datzelfde jaar gedemonstreerd; werd door vluchten naar Bangka en Paiacombo. Wanneer we de door den militairen vliegdienst in den loop der jaren gemaakte overland-vluchten onderling vergelijken, dan zien. we dat deze zich in een verblijdend stijgende lijn zijn blijven be wegen. Dit doet natuurlijk niets af aan de verdiensten der eerste overland-vluchten, welke zich qua prestatie veilig kunnen meten, met latere vluchten van veel verdere strekking. Kon toch in 1917 b. v. een vlucht met een Glenn Martin vanuit Bandoeng om den; Tangkoeban Prahoe reeds als een prestatie genoemd worden, in 1918 vloog men van daaruit om de Gedeh en terug met eenzelfde toestel. Toen in 1919 de De Havilland toestellen in gebruik genomen werden beteekenden deze afstanden reeds minder. Zoo werden in 1920 de vluchten uitgestrekt naar de Wijnkoopsbaai, Semarang, Tjilatjap, Djocja en Soerabaja, in 1921 tot op Bali. En zoo werd heel Java in de volgende jaren bevlogen van Str. Soenda tot Sti\ Bali, van den Indischen Oceaan tot de Java Zee, tot er boven Java. nagenoeg geen onbevlogen plekjes meer over waren. De militaire autoriteiten en eveneens het groote publiek, gewenden eraan deze bedrijvigheid als iets gewoons te beschouwen, waardoor in belang rijke mate is bijgedragen tot de „air mindedness" van dit laatste. De climax in de overland-vluchten der L. A. werd bereikt in 1927,. toen als een logisch gevolg der steeds te dien opzichte gevolgde- gedragslijn, ook groote vluchten buiten Java werden ondernomen- De eerste dezer belangrijke vluchten was vanuit Bandoeng via Telok Betong naar Lahat en Palembang, en vervolgens naar Bangka. Zoowel het terrein te Lahat als dat te Palembang was op- particulier initiatief tot stand gekomen, waardoor beide plaatsen, duidelijk aangaven hoe welkom de vliegtuigen daar waren, en welke- verwachtingen zij hadden van een toekomstige verkeersversnelling door luchtlijnen over Sumatra. Van de geboden gelegenheid om een vluchtje mee te maken werd door zeer veel vooraanstaande Palembangers gebruik gemaakt, hetgeen pleit voor de propagan distische waarde van het bezoek aan deze stad. Eind September 1927 volgde een tweede exploratie-tocht over de Sumatraansche oerwouden, met Paiacombo als einddoel. Was de eerste tocht ondernomen met vier vliegtuigen, deze tweede- geschiedde met zes vliegtuigen. Ook op dit traject had het bezoek: 406

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1929 | | pagina 26