ïiadeelen aan vast dan ik op dit oogenblik zou wiljen vermelden, maar er is één voordeel aan verbonden dat er van een club, kaste of kliek geen sprake kan zijn. Bovendien ziet de vliegenier, vooral de jongere vertegenwoordiger van het ras, in den waar nemer den tacticus, terwijl hij zich zelf eerder als technisch mensch beschouwt en zoo heb ik nog nimmer ook maar een spoor van groeps-verwatenheid tegenover onze gasten-van-een-jaar kunnen bemerken. Welnu, de toekomstige waarnemer heeft dan kennis gemaakt met de officieren en burger-ambtenaren der L.A., hij kent de mess, heeft iets van de hangars en de vliegtuigen gezien en weet zoo ongeveer waar de verschillende lokalen van het gebouwtje der waarnemers-school voor dienen. Wat nu? Wel, vliegen na tuurlijk! Van het eigenlijke werk, dat hij in de lucht zal hebben te verrichten is nog maar een zeer vaag begrip aanwezig en dat spreekt ook wel van zelfvoorloopig is het hoofdzaak dat de waarnemer de sensatie van het vliegen leert kennen en den dag volgende op de aankomst krijgen de nieuwelingen hun luchtdoop. Wat de sensatie betreft, men stelle zich gerust, ook een minder aangename gewaarwording bij het draaien in een wat scherpe bocht of een dergelijke snelle manoeuvre, is niet beslissend voor de verdere waarnemers-loopbaanalles went, vooral het vliegen. De «erste weken gaan voorbij met dat wennen, al koppelt men dan ook aan het luchtvast-maken eenige eenvoudige oefeningetjes. We noemen dit de priode van het lappen-prikken. In den omtrek van het vliegterrein worden combinaties van twee lappen uitgelegd een T, een L, een kruis, etc. die eerst op een luchtfoto worden ingeprikt (een korte priem aan een touwtje is hiervoor en voor tal van andere oefeningen een onwaardeerbaar hulpmiddel) en later in coördinaten worden gemeld. De hoofdschotel van de practische opleiding wordt nu verder gedurende het eerste halfjaar gevormd door de oefeningen in het artillerie-waarnemen, die hun culminatie vinden in de schiet- cursussen met luchtwaarneming te Batoedjadjar (meestal in de maand April) en in de schietoefeningen van de Regimenten artillerie. Het klinkt voor den niet-artillerist en mogelijk ook den artil lerist waarschijnlijk eigenaardig dat hierbij de bereikte resultaten veel meer afhangen van de persoonlijke handigheid van den waarnemer dan van de wapensoort waartoe de betrokkene behoort; men vergete overigens niet, dat het vliegtuig zuiver optreedt voor de waarneming en met het technisch werken van de batterij niets heeft te maken. Bovendien geschiedt de opleiding zeer geleidelijk. Men begint met het noteeren van de rookverschijn- selen van afgestoken pétardes door de plaats op een luchtfoto in te prikken juist als bij het lappen-prikken. Een volgende trede op den weg tot volmaaktheid bestaat in het verrichten van deze 430

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1929 | | pagina 50