zou ik willen vragen wie moet worden opgeleid tot bombardeur, de artillerie-waarnemer of de verkenner? Is de luchtnavigatie een vak, dat alleen beoefend wordt door den tactischen waar nemer? En moet de artillerie-waarnemer niet even goed op de hoogte zijn van de toch zuiver tactische doctrines omtrent het gebruik der luchtstrijdkrachten In ieder geval zullen de theorie van de radiotelegrafie en het radioseinen, de techniek van de vliegtuigbewapening, de beginselen van vliegtuig- en motorbouw, de aëronautische aardrijkskunde, enz. behooren tot beider leerstof. Neen, in onze omstandigheden en gezien de sterkte en organisatie van onzen vliegdienst is het een dringen de eisch dat de opleiding tot „éénheids"-waarnemer zal blijven bestaan De eerste artillerievuur-waarnemingen op moderne wijze had den, na het beschikbaar komen van vliegtuig-radiostations, plaats in 1923. Hoewel de ontworpen methode goed bleek te voldoen, was toch een aanvulling voor het vuren met tijdprojectielen in geaccidenteerd terrein noodig en eerst in 1924 werd de vol ledige, thans nog gebruikte wijze van vuren met luchtwaarneming, toegepast. In 1924 kon dan ook het derde deel „De Waarne- mingsdienst" van het „Voorschrift betreffende de organisatie en het gebruik van luchtstrijdkrachten" door een met de samenstel ling belaste commissie in ontwerp worden aangeboden; in 1925 verscheen dit, voor de waarnemersopleiding zoo belangrijke deel, in druk de overige deelen van het voorschrift werden nog niet samengesteld. In 1925 werd een proef genomen met de opleiding van vlie geniers tot waarnemer, met de bedoeling dat de bestuurder tevens een aantal waarnemers-werkzaamheden zou verrichten. Niettegen staande de vele bezwaren, die van verschillende zijden geopperd waren tegen het plan, om de toch zoo uiterst gecompliceerde vliegtuigbesturing te koppelen aan de waarneming, leverde de opleiding uitstekende resultaten op. Waar dus was gebleken, dat de combinatie van beide functies technisch mogelijk was, bleven slechts de voordeelen van dit systeem over. Ik kan binnen het mij gestelde bestek hierover niet verder uitweiden, maar daar over dit onderwerp, ook thans nog, na zooveel elkaar opvolgende succesvolle opleidingen, verkeerde opvattingen blijken te bestaan, is het wel noodig te constateerendat de bestuurder, mits vol ledig opgeleid tot waarnemer, zonder bezwaar de artillerie-waar neming en een gedeelte van de verkennings-opdrachten kan verrichten. Iets dat iedere vliegenier-waarnemer met mij eens zal zijn. Tot het onbetwiste domein van den passagier-waarnemer behoort voorloopig nog de eigenlijke verbindingsdienst en mogelijk ook de gevechtsverkenning (waarbij men dan wel mag bedenken, dat de waarnemer een officier zal moeten zijn, die volkomen op de hoogte is van de tactiek der grondstrijdkrachten), terwijl bo- 437

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1929 | | pagina 57