constructie van nieuw materieel, pech bij den Vliegdienst) de aflevering vertraging ondervindt en omgekeerd. Het eenige onderdeel van de werkplaatsen, dat inderdaad een onvoldoende capaciteit bezit, is de teekenkamer, maar tegen uitbreiding verzet zich de formatie der Luchtvaartafdeeling. Deze afdeeling is doorloopend overbelast, ten eerste door het feit dat het noodzakelijk is gebleken, geen werkzaamheden in de werkplaatsen te doen plaats hebben, welke niet eerst in tee- kening zijn gebracht, maar bovendien doordat noodgedwongen in deze afdeeling veel werk wordt verricht (stuklijsten benamings commissie, instructie inventarissen) waarvoor bij andere bedrijven afzonderlijke organen zijn ingesteld. Een en ander leidt ertoe, dat deze afdeeling, dikwijls weinig tijd kan vinden, om bijv. nieuwe ontwerpen spoedig af te doen. Overigens voldoet de capaciteit van de werkplaatsen van den Technischen Dienst, m.i. geheel aan alle billijk te stellen eischen, en waar de gebouwen nog een ruime vermeerdering van perso neel en outillage toelaten, kan men van dit onderdeel zeggen, dat het gereed is en voldoende ontwikkeld, om de eerste jaren in elke behoefte te kunnen voorzien. Om eenig begrip te geven van den omzet in de werkplaatsen in het jaar 1928, volgen hieronder de waarden van de in dat jaar afgedane werkorders, zuiver berekend naar directe loonen, en materiaalkosten, dus zonder eenig onkostenpercentage. Afgeleverd werk voor Magazijnen der Luchtvaartafdeeling f 351.900. Vliegdienst 144.100. Andere diensten der Luchtvaartafdeeling 10.800.— Instellingen en personen buiten LA. 13 000. Verbetering en onderhoud eigen bedrijf 17.300.— Verstrekking v. Personeel voor Vliegwacht en andere militaire diensten 7.200. Totaal omzet f 544.300.— Werkwijze. Als algemeene richtlijn geldt, dat alle orders tot aanmaak, als ook orders tot herstelling van vliegtuigen en motoren, door het hoofd van den Technischen Dienst worden uitgeschreven, dat echter verzoeken om herstellingen van materieel in gebruik bij onderdeelen der Luchtvaartafdeeling, direct bij den Bedrijfsleider kunnen worden ingediend, en dat deze de daartoe noodige orders doet uitschrijven. Ik zal niet in details treden over de administratieve behandeling van dezeorders, immers vormen voor belangstellenden de betreffende voor schriften en reglementen een betere bron, in hoofdzaak geldt echter 451

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1929 | | pagina 71