f. In verband met de gestrekte
baan (onzuiverheden der toe
stellen voor de hoogterich
ting?) alleen boven 1000 M.
toe te passen.
g. Eischt meer munitie. Hierop
komen we nog terug.
Toepassing
In het algemeen, indien vol
doende tijd beschikbaar is,
dus veranderlijkheid van den
toestand niet zoo op den
voorgrond staat, zal dus in
in den aanval minder toepas
sing vinden dan in de verde
diging. Met Hausser zouden
wij willen zeggen „Men passé
de indirecte richting toe, in
dien de omstandigheden deze
richtwijze toelaten en men er
meer succes van te verwachten
heeft, dan van de directe rich
ting.
(N. B. Wij vinden dit beter dan
de opvatting van A. O. H.
Dijxhoorn, die alle vuren bij
voorkeur met de directe richting
wil zien uitgevoerd. Zie dis
cussie Mitr. vraagstuk blz. 850).
In het algemeen zouden wij van de indirecte richting volgens
thans nog bestaande opvattingen nog het navolgende willen
zeggen
Hoe verder de zw. mitrs. van de voorste lijn af optreden, des
te minder zal de factor tijd werken, des te meer zal men de
indirecte richting kunnen, ja vaak moeten, toepassen. In verband
hiermede zouden wij willen wijzen op de geweldige moeilijk
heden, die in de weinig overzichtelijke terreinen (lage begroeiing,
paggers, enz.) zullen worden ondervonden. Dit terrein zal vaak
dwingen om indirect te richten, omdat directe richting onmogelijk
is. Merkwaardig, dat dan velen hun heil zoeken in het naar voren
brengen der zw. mitrs., ja zelfs tot in voorste lijn.
Voor wat betreft het optreden in voorste lijn zouden wij
willen aanhalen de woorden van kapt. v. d. Vijver in zijn artikel
„Het tactisch gebruik van zw. mitrs. in Frankrijk gedurende en
na den Wereldoorlog". (Mil. Spectator, Jan. 1927, blz. 7.).
We lezen daarin n. 1.„In de meeste gevallen kon
niet worden vermeden, dat de mitrailleur, wan
neer h ij het vuur opende, nagenoeg op het zelf-
549