5. ONS OEFENSTELSEL.
door
F. KROON.
Majoor der Infanterie
Het is niet mijne bedoeling diep in te gaan de beschonwingen
van H. in het April-nummer van dit tijdschrift, daar ik dan slechts
in herhaling zou vervallen van hetgeen ik in het Maart-nummer
te berde bracht.
Maar toch zou ik gaarne enkele aanteekeningen stellen.
De heer H. verwijt mij gebrek aan objectiviteit; het zij zco,
maar vervalt hij zelf ook niet een weinig in die fout Het heeft
den schijn dat de schr. zich voorstelt dat bij het twee-partijen-
stelsel de oefeningen alle bijna volmaakt zullen zijn, mits de
scheidsrechterlijke dienst maar goed is geregeld. Dit moet be
twijfeld worden; in elk stelsel zal het bij het eene troependeel
beter gaan dan bij het andere. En naar mijne meening is de
kans dat een leider de handelingen van één partij behoorlijk
kan volgen grooter dan dat hij zijn aandacht over twee partijen
goed kan verdeelen.
Op bladz. 287 onderaan zegt schr, dat het vreemd aandoet
dat „majoor K als voordeel van zijn (bedoeld zal wel zijn:
„ons," F. K.) stelsel aanhaalt dat de leider gedwongen is de
oefening in de puntjes voor te bereiden." En hij vraagt of dit
dan niet noodig is bij het tweepartijen-stelsel.
Zeker is dit noodig. Maar hij wordt er niet in die mate toe
gedwongen. De leider kan de twee partijcommandanten meer
hun gang laten gaan. Ik zeg niet dat dit goed is, maar de mogelijk
heid is grooter. Er zijn nu eenmaal menschen die om zich ten
volle te geven wat dwang noodig hebben. Ik ben er van over
tuigd, dat we bij wederinvoering van het tweepartijen-steisel veel
kans zouden hebben, vooral bij de oefeningen van de kleinere
troependeelen, weer terug te vallen tot het dikwijls improviseeren
van de details van de oefening tijdens den marsch naar het
terrein.
De heer H. zegt op bladz. 288 dat men vooral niet moet ver
geten dat ook bij oefeningen wij metvolledigafgerichte manschappen
uitrukken. Dit is niet geheel juist. Bij vele compagnieën is een,
soms niet onbelangrijk, aantal fuseliers aanwezig is, die pas in
hun „jaar voortgezette opleiding" zijn. Uit Inf. Order No. 2, ad 7
(1) en (2) volgt dat dit normaal zoo zal blijven.
580