MEDEDEELING. Het op de jaarlijksche vergadering herkozen bestuur is samen gesteld als hieronder aangegeven Voorzitter A. van de Water, Gen.-majoor der Infanterie. Ondervoorzitter M. Boerstra, Luit.-kolonel van den Gen.-Staf. Secretaris-penningmeester J. L. C. Anten, Gep. Luit.-Kol. der Inf. Leden L. C A. van de Kasteele Luit.-Kol. der Genie. M. Thomson Majoor der cavalerie. E. T Koppen Kapitein der Artillerie. R. Posthumus Kapitein van den Gen. Staf. P. A. Cox Kapitein van den Gen. Staf. P. Jongert Kapitein der Intendance. Correspondent in Nederland W. P. Marinissen, Majoor der Intendance. Voorts werden van het Huishoudelijk Reglement der Veree- niging met ingang van 1 Juli 1929 wijzigingen aangebracht in de artikelen 8 en 17 en luiden deze thans als volgt: Artikel. 8. Die voor het lidmaatschap wenscht te bedanken, is verplicht hier van schriftelijk kennis te g»ven in Indië (2) aan den Secretaris, der Vereeniging. Geschiedt die kennisgeving later, dan is men opnieuw verbonden voor het volgende werkjaar, dat telkens den lsten Januari begint. Het lidmaatschap houdt op met het einde van de maand, waarin een lid den militairen dienst verlaat, tenzij de betrokkene den wensch te kennen geeft lid te blijven. Tot en met die maand is de contributie verschuldigd. Artikel 17. De maandelijks verschuldigde contributie bedraagt: A. voor actief dienende officieren in Indië a. met den rang van Luitenant 1.50 c. Majoor en Luit.-Kolonel 2.50 d. een hoogeren rang 3. B. voor reserve officieren 1.50 C. Voor officieren in Europa a. voor subalterne officieren 1.50 (3) b. hoogere officieren 2. D. Voor de overige leden 2. 599 b. Kapitein 2.— (1) In Nederland vóór 1 December aan den correspondent. (2) Vóór 31 December. (3) Dit geldt ook voor aspirant-officieren.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1929 | | pagina 91