te spreken, maar welke het aangegeven onderwerp niet recht streeks raakt. Als hij daarna komt tot de art. steun, waarvan ik boven den eersten zin reeds aanhaalde, ben ik het ook tot zoo ver roerend eens. Ze komt daarop neer, de aanvallende infanterie sluit aan op de barrage fixe. Maar verder verschil ik van opinie. Hij schrijft: „Dan komt het terreinwinnen over de laatste paar honderd meter." Ik wil daarvoor lezen: „Damkomt het indringen, niet na zooveel minuten, maar direct en gedekt door het afslui- tingsvuur van de artillerie, dat tot doel heeft de eigen infanterie, die min of meer in wanorde de voorste zóne binnendringt, te beveiligen tegen tegenstooten en tegen vuur van de in de diepte opgestelden verdediger. Van dat afsluitingsvuur maakt de aanvaller gebruik om zijn verbanden te herstellen en dringt daarna verder door onder dekking van de barrage roulant. Is het terrein in de verdedigende zóne bedekt met hoog hout, dan zal de laatste meestal niet mogelijk zijn, wegens de ontijdig springende projectielen en moet de infanterie het wel doen zonder steun, wat in bedekt terrein dan ook beter mogelijk zal zijn. Een uitzondering in gunstigen zin heeft men o.a. als men het aan te vallen front enfileert. .Met deze eenvoudige methode, die vrij is van alle gekunsteld heden en die van te voren in elk bijzonder geval wordt geregeld, zijn op het Westfront de grootste successen behaald en deze metho de vindt steun bij de meeste Fransche schrijvers; men leze er de verschillende voorbeelden van aanvalsbevelen maar op na. Ook Etienne geeft het zoo in meergenoemd artikel aan. Wat Kapt. Cox aangeeft, vuurconcentraties op meer achterwaarts gelegen doelen, is gekunsteld, kost enorm veel tijd, en is meestal, zeer gunstige gevalien daargelaten voor de artillerie d'appui direct niet mogelijk; daarvoor dient het inf. geschut of de art. d'accom- pagnement immédiate; zie alweder Etienne. De infanterie batterijen (appui direct) blijven voor het groote werk, de vuurwals. Werpt men nu tegen, daar hebben we geen materieel voor, we hebben geen inf. geschut, moet onze artillerie nu nog stukken afstaan voor acconrpagnement immédiate, dan breng ik er tegen in, dat we ze dan maar zoo gauw mogelijk moeten aanschaffen of de kans op overwinning opgeven. Maar wat de kapt. Cox van ons eischt, in dat stadium, weer standskernen, mitrailleurnesten, etc, binnen een redelijk tijdsverloop onder vuur nemen, dat is net wat we meestal niet kunnen. Een vuuraanvraag, zelfs al kan ze verleend worden, wat niet zeker is, kan met inbegrip van de overbrenging en regeling van de waar neming 1 a 2 uur eischen alleen in zeer gunstige gevallen minder), en wat nu het ergste is, de eigen infanterie heeft intusschen de weerstandskern vermeesterd of omgetrokken en krijgt zelf de rafale. De vuursteun, zooals de kapt. Cox zich die in dit stadium van het 683

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1929 | | pagina 67