687 n 1913-1919-1926 en 1927; voor enkele landen ook in 1928. Het boekwerk bevat een eerste gedeelte bevattende gegevens betreffende land-en zeemacht; een tweede gedeelte aangevende de bedragen in verschillende landen op de begrootingen uitgetrokken voor de weermacht; men heeft daarbij getracht den lezer mede een beeld te geven van de feitelijke waarde der gegeven cij fers, door de desbetreffende opgaven te doen voorafgaan door een beknopte uiteenzetting van den begrootingsopzet. Ten slotte treft men gegevens aan betreffende de productie alsmede de uit- en invoer van producten enz. van beteekenis voor de nationale verdediging. Ook nu moet het ons van het hart dat het ondanks de vele goed gegroepeerde gegevens nog moeilijk, zoo niet onmogelijk, is om juiste vergelijkingen te treffen. Niettemin gelooven we dat voortgaande op den ingeslagen weg de waarde van het vergelijkingsmateriaal steeds zal toenemen of m.a.w. dat voor goed ingewijde en bestudeerde personen de waarde van dit jaaroverzicht steeds meer aan het doel gaat beantwoorden. Doch ook een minder intense studie van hst boekwerk vormt reeds een dankbare taak. Men krijgt toch al doorbladerende een goeden kijk op de beteekenis van de verschillende naties op militair en maritiem gebied in de ruimste beteekenis dezer begrippen. Ten slotte heeft het werk groote waarde als vraagbaak voor den militair deskundige. Als een bijzondere verbetering in vergelijking met vroegere uitgaven mag nog de aandacht gevestigd worden op de nieuwe samenstelling van de gegevens betreffende de producten van belang voor de nationale verdediging. Deze gegevens zijn thans gegroepeerd naar den aard dier producten en samengevat in staten, waarin de naties alfa betisch voorkomen, zoodat de onderlinge vergelijking gemakkelijker is dan bij gebruik van de vroegere uitgaven, waarin de betrekkelijke opgaven volg den aan het slot van elk der verschillende monographien Ook nu trof het ons, dat de opgaven betreffende Nederlandsch-lndie de werkelijkheid dicht naderen zij het dan dat de ingewijde daarin nog wel een enkele correctie zou kunnen aanbrengen. C 1 10 TIJDSCHRIFTENOVERZICHT. Koloniaal Tijdschrift. Maart-nummer 1929. Uit dit nummer noemen we vooreerst een artikel „Bestuurshervormingeilandprovincievolksraad wets- aanvulling" door prof. mr. C. van Vollenhoven, een artikel dus waarin, wat Indië betreft, wel zeer voorname vraagstukken worden behandeld, een artikel dat derhalve de volle aandacht verdient, ook al deelt men niet geheel de inzichten van den schrijver. Een ander artikel behandelt „Ghandi tussen Hindoeisme en Westerse kui tuur door G. Gonggrijp, en beschrijft uitvoerig de ideeën en het streven van den bekenden Ghandi,den man van wien schr. zegt: „Weinig onderwerpen van studie zijn zoo verheffend en zoo belangwekkend als die van de mahatma, de groote ziel, die Ghandi heet. Verheffend is de studie van dezen man, om dat hij, voor zoover ik zien kan, een der allergrootste mensschen van dezen tijd is." Ten slotte zij nog vermeld een artikel: „Hervormingen in Indo-China" on der het hoofd Vreemde Koloniën", van E. M., waarin wordt uiteengezet de beteekenis van de reorganisatie van het bestuur over Indo-China (Cochin- China, Annam, Cambodja, Tonkin en Laos), waar tot dusver nog geen vertegen woordigend college van onafhankelijke leden bestond. Door de sedert Novem ber 1928 ingevoerde hervormingen „is Frankrijk in de lijn gekomen van de overige Westersche mogendheden van Oost-Azië. Evenals Engeland, Amerika en Nederland heeft het een begin moeten maken met de oplossing van het

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1929 | | pagina 71