de Inf. moet zoo lang mogelijk beveiligend scherm blijven, en het vuren aan de zw. mitrs. overlaten. Want zou deze Inf. zich vast bijten, dan zou ze kans loopen vernietigd te worden, en met haar de zw. mitrs. die haar niet alleen zouden kunnen laten staan de rug der terugtrekkende troepen zou bedreigd worden, nieuwe achterhoeden zouden moeten worden geformeerd. Alleen in nood gevallen houdt ook de Infanterie stand en offert zich zoonoodig op. Echter denke men niet dat achterhoede-gevechten zonder ver liezen kunnen worden gevoerd. Terugtochten zijn moeilijk, het moment van afbreken van het gevecht moeilijk te bepalen, on voorziene omstandigheden doen het hunne, zoodat afdeelingen vaak tegen de bedoeling in een hardnekkig gevecht geraken. Die afdeelingen dienen, hoe wreed het ook moge lijken, aan hun lot te worden overgelaten. Men zou anders kans loopen in een geregeld gevecht te worden gesleept, wat juist niet de bedoeling is. Alleen indien de nacht nabij is, zou men het kunnen over wegen, daar de nacht bij uitstek geschikt is om zich zonder te veel moeite van den vijand los te maken. Hoe moeilijk het optreden van zw. mitrs. in vlakke onover zichtelijke terreinen, ook in deze gevechten zal zijn, is nauwelijks te zeggen, en dat zw. mitrs. bij deze gevechten verliezen zullen lijden, is vanzelfsprekend. Laten zij zorgen dat de verliezen zoo duur mogelijk worden betaald, ten voordeele van het wapen dat zij steunen. Bronnenopgave. 1. Het taktisch gebruik van Zw. Mitrs. in Frankrijk gedurende en na den wereldoorlog, door J. F. van aer Vijver. Mil. Spectator, 1927 No. 1 en 2. 2. Het Mitr. vraagstuk, taktisch en organisatorisch. door F.]. Lagerwerjf. Orgaan der Ver. ter beoefening van de Krijgswetenschap 1926/27 No. VI. 3. Discussie over idem. Zelfde orgaan. 1926/27 No. VII. 4. Das schwere Maschinengewehr. von Hausser. 5. Anleitung zur Ausbildung im Schiessen mit S. M. Q. door v. Schobert en Veith. 6. Zware Mitrs., lichte Mitrs., geweer Mitrs., en Mitr. pistolen, door P. A. Cox. Orgaan „Indische Krijgskundige Ver." No. 64. 7. De Holl. en Ind. schietvoorschriften van de jaren resp. 1920 en '19 8. Gegevens, zeer welwillend beschikbaar gesteld door Kpn. Weeda en den le Luit. Sitsen, officieren der N. S. S, in Holland. 9. De Wetenschappelijke jaarberichten der Holl.- en Indische Krijgskundige vereenigingen over de verschillende jaren. 740

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1929 | | pagina 42