4. SCHIETEN OVER EIGEN TROEPEN DOOR DE
ARTILLERIE.
door
E. T. Koppen.
Kapitein der artillerie.
Waar ik in mijn vorig artikel, voorkomende in de Juni-af-
levering, reeds uitvoerig mijn bezwaren uiteenzette, tegen het m.L
te groote optimisme sprekende uit het artikel van den majoor
Van Goor, wil ik nu naar aanleiding van het in het Juli-nummer
geplaatste artikel over dit onderwerp, met eenige korte opmer
kingen volstaan.
Met instemming mocht ik kennis nemen van 'schrijvers mede-
deeling, dat zijn bezwaren niet gericht waren tegen de eerste
alinea van punt 18 G V. Mob. A., doch alleen tegen het tweede
lid. Dit was mij uit de geleverde beschouwingen niet duidelijk:
geworden. Doch ook de bezwaren tegen het 2e lid kan ik niet
deelen. S. zegt, dat hier een imperatief voorschrift wordt ge
geven voor een bepaald geval. Ik ben het hiermede niet eens -
het woordje ongeveer op zich zelf t. a. v. een imperatief voor
schrift is eenigszins als paradox aan te merken Maar het is mij,
niet duidelijk hoe een imperatief voorschrift verwarring kan stichten.
Uit lid (2) is niet te lezen, dat men altijd het vuren moet ver
leggen of staken op 300 m, doch alleen, dat men dat moet doem
in dat ééne bepaalde geval. Voor alle andere gevallen geldt de-
eerste alinea, met hare algemeenheid.
Ik ben geen voorstander van te veel reglementeeren, het bindt
de handen en het eigen initiatief wordt er vaak ernstig door
geschaad. Maar in dergelijke lastige gevallen als hier, waar een
enkele kleine vergissing de meest noodlottige gevolgen met zich.
kan slepen, is het wel degelijk noodig om iets bepaalds voor te
schrijven.
En dan had ik zoo gaarne in het artikel van den majoor Van-
Goor, die zich zoo energiek verzet tegen die 3(0 m, een opgave
gevonden, waarin precies staat aangegeven hoe groot die afstand
dan wél moet zijn.
Dat zoo'n opgave niet is gegeven, ligt voor mij vanzelfsprekend
aan het feit, dat het niet mogelijk is er een samen te stellen.
Men kan nu eenmaal niet van te voren zeggen wat er zal gebeuren.
Allerlei niet te voorziene omstandigheden zullen zich voordoen
en elk voor zich zal een andere oplossing vereischen.
74 i