2. HET TACTISCH GEBRUIK VAN MITRAILLEURS BIJ DEN AANVAL. door G. J. TIELROOY. Kapitein der Infanterie. Omtrent bovenvermeld onderwerp is reeds heel wat geschreven en gediscusiëerd, zonder dat men zeggen kan, dat de meest gezaghebbende schrijvers het met elkaar eens zijn geworden. En geen wonderde mitrailleur is een wapen, dat zich in het bijzonder eigent voor gebruik bij de verdediging dat gebruik is dan ook vrijwel vaststaand, doch voor den aanval eigent het wapen zich minder, en wel omdat, wil het volledig aan zijn doel beant woorden, d. i. volledigen vuursteun geven aan de overige infan terie, volledig benut worden als de hoofdvuurkracht van het hoofdwapen, het dan ook in de voorste lijn zou moeten worden meegevoerd dit is nu echter bezwaarlijk, ja, zelfs in vele gevallen ondoenlijk, al zal het, zooals hieronder zal blijken, dikwijls moeten worden beproefd. Het groote bezwaar van dit volgen in de voorste lijn is wel hierin gelegen, dat de mitrailleur toch steeds een grooter voor werp is dan een geweer of karabijn, en steeds minstens een drietal personen voor bediening noodig heeft, hetgeen de op merkzaamheid van den vijand moet trekken en alzoo spoedig tot vernietiging van personeel en materieel aanleiding kan geven. Een tweede bezwaar vormt de vrijwel onmogelijke aanvoer van munitie en water. 721 Noot van de Redactie. Het is der Redactie een voorrecht naast het artikel Iets over zware mitrailleurs" voorkomende in vorige nummers en beëindigd Sn dit nummer, welke bijdrage meer algemeen en hier en daar wellicht wat Nederlandsch georiënteerd is, thans ook de meening te kunnen geven van een ingewijde h.t.l. Zooals deze schrijver aangeeft is het vraagstuk voor ons al bijzonder moeilijk op te lossen te meer waar het aantal mitrailleur-een heden h.t.l. zeer beperkt is. Het vraagstuk is dan ook voor ons nog lang niet opgelost, vandaar dat de redactie het bijzonder zal toejuichen wanneer ook anderen hunne overdenkingen op dit punt openbaar willen maken. Ook voor beelden uit de oefenings- en manoeuvre-praktijk h.t.l. en uit de krijgsgeschie denis elders zullen tot een juist inzicht in deze materie kunnen bijdragen. De redactie denkt bijvoorbeeld aan beschouwingen in den geest van het arti kel „Das Bataillon im Begegnungsgevecht" voorkomende in de Allgemeine Schweizerische Militarzeitung 1928 No. 1.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1929 | | pagina 23