delijke invasie zullen kunnen beletten, tenzij het invallende leger eerst per transportvloot moet worden overgevoerd. Een vloot actie al dan niet gecombineerd met het optreden van een lan dingsleger en een voor een gedeelte van het traject aan boord van schepen te transporteeren luchtmacht, kan door een eigen luchtmacht worden belet. Het hangt slechts van de sterkte der luchtmacht en van de oorlogskansen af of het beoogde doel vernietiging van den vijand, kan worden bereikt. Maar men vergete niet, dat dit alles slechts geldt voor een negatieve doelstelling Resumeerende meen ik dus te kunnen zeggen dat het be staansrecht van den zelfstandigen luchtoorlog en daarmede ook van de luchtmacht gebaseerd kan zijn: a. op een positief oorlogsdoel, n.l. op de mogelijkheid tot het désorganiseeren van den vijandelijken staat door bombardement van regeerings- en bevolkingscentra; b. op een negatief oorlogsdoel, n.l. op de mogelijkheid tot het vernietigen van de vijandelijke strijdkrachten in algemeenen zin; c. op een „ongedefinieerd oorlogsdoel" of op een oorlogsdoel dat voor de luchtstrijdkrachten noodgedwongen negatief moet zijn, n.l. op de noodzakelijkheid tot afweer van een vijandelijke offen sieve luchtmacht. Ik heb hiermede getracht de, uit een militair oogpunt bezien, zuivere principes te geven, waarop een beschouwing over het vraag stuk of de luchtmacht in het kader van onze weermacht past, moet berusten. Men mag echter niet vergeten dat dit een eenzijdige ziens wijze is. Militaire beschouwingen dienen allereerst den oorlogs toestand te betreffen, den abnormalen toestand dus, die intreedt als de normale machtspolitiek van een staat heeft gefaald. Veel verwarring is er op luchtvaartgebied reeds ontstaan, doordat men een mogelijk oorlogsdoel niet scherp heeft weten te scheiden van het algemeene politieke doel. De machts-politiek berust op factoren als economische kracht, koloniaal bezit en gunstige geografische positie, maar óók op de aanwezigheid van een sterke weermacht en de bedreiging met het zoo noodig krachtdadige optreden van deze weermacht. De luchtvaartpolitiek als onderdeel van de alge meene machtspolitiek van een land kan samenvoeging van de civiele, militaire en maritieme vliegdiensten vereischen, in het bijzonder voor de organisatie van een levenskrachtige burgerluchtvaart en een gezonde vliegtuig-industrie; het is mogelijk dat het oorlogsge- bruik van de luchtstrijdkrachten zich bij deze gedwongen centra lisatie zal moeten aanpassen, maar de op deze wijze gevormde „luchtmacht" (een andere dan de door mij gedefinieerde) kleeft altijd het bezwaar aan, dat zij het luchtwapen van leger en vloot onder de natuurlijke leiding vandaan heeft gehaald. 792

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1929 | | pagina 13