Het is noodig om eens wat meer gedétailleerd na te gaan op
welke wijze zich in onze omstandigheden de strijd om het lucht-
overwicht waarschijnlijk zou kunnen afspelen.
Jageractie onzerzijds zal leiden tot een gevecht met den vijan
delijken jachtvliegdienst en den daarop volgenden aanval op de
overige luchtstrijdkrachten. Een beslissing brengen kan zij niet:
de inzet van jagers alleen verschaft hoogstens een tijdelijk en
plaatselijk overwicht. Wordt echter tegelijkertijd overgegaan tot
den aanval op de vijandelijke grondorganisaties der luchtstrijd
krachten, dan verandert het geheele aspect: vernietiging van zijn
luchtbasis kan den vijand een onherstelbaar nadeel toebrengen.
Hier komt het verschil met den Europeeschen oorlog naar voren
noch de vijand, noch wij kunnen op onmiddellijk beschikbare
reserves rekenen, de te verwachten korte duur der geheele operatie
zal den vijand geen gelegenheid laten de door zijn oorlogsin
dustrie te leveren aanvullingen uit te brengen, terwijl bovendien
zijn aanvullingstransporten (afhankelijk van den politiek strate-
gischen toestand) waarschijnlijk zeer kwetsbaar zullen zijn.
Er zijn twee perioden, waarin 's vijands nadeelige positie,
voortvloeiende uit de moeilijkheden die aan een landing zijn
verbonden, door ons kan worden uitgebuit: de eigenlijke landing
(in het bijzonder het tijdstip van het debarkement) en de inrichting
van de basis. Beschouwen wij allereerst den strijd om het duur
zame overwicht bij het debarkement.
Deze strijd zal gelijktijdig moeten worden aangebonden met
den aanval op de landende troepen (transportschepen en debar-
kementsmiddelen); beide acties vullen elkaar aan: de aanval op
de transporten dwingt den vijandelijken jachtvliegdienst op te
stijgen en omgekeerd beschermt onze jachtactie dezen aanval,
i u uu irac,^.t van den v'Jandelijken afweer zeer aanzienlijk
hebben te lijden onder den gecombineerden aanval op grond
en luchtdoelen. Te zelfder tijd dient met bommen te worden
M"SeX?"en °p de vijandelijke luchtbasis, die naar alle waar
schijnlijkheid zal worden gevormd door het moederschip.
De redenen, die mij aan het succes van een dergelijk offensief
zelfs met de middelen die binnen ons bereik liggen doen se-
looven, zijn de volgende
a. Maritieme jagers (zoowel de watervliegtuigen van de artil
lerie-schepen als de landvliegtuigen van de moederschepen) zijn
minderwaardig te achten aan gelijksoortige jagers, die over een
landbasis beschikken.
b. De vijand is gedurende de geheele landingsperiode tegenover
onze luchtstrijdkrachten in een defensieve positie, die een soort
van cordcmopstelling in dien tijd noodzakelijk maakt („jacht-per-
manence De vliegtuigen van een moederschip kunnen niet
tegelijkertijd opstijgen.
C aa"tal jagers waarover een vloot zal kunnen beschikken,
is noodzakelijkerwijs zeer beperkt.
800