het hoofd te bieden aan een Rifaansche bedreiging in de streek
van Sidi Belkacem.
De colonne-Freydenberg heeft van 21/22 een rustigen nacht
gehad. Den volgenden morgen steekt de groep-Mativet (3 bat.
en 1 bg. bij.) de Ouergha over om de posten Si Mohamed, Srima,
Ouled Azam en Bou Adel te ontzetten. Zonder moeite wordt die
operatie uitgevoerd, maar bij het teruggaan langs de steile
rotsen op den rechteroever van de Ouergha, waarover slechts
een enkel pad leidt, vertragen de muildieren den marsch, waarvan
de vijand, die tot dusver op een eerbiedigen afstand volgde,
gebruik maakt om snel te naderen en de achterhoede aan te
tasten op het moment, dat zij de rivier doorwaadt.
Kort daarna is de groep in het bivak terugde verzetslieden
beginnen op te dringen en, goed verscholen achter olijfaanplan-
tingen, openen zij het vuur. Twee zijden van het carré worden
in het bijzonder bestookt en beginnen verliezen te krijgen. Een
compagnie van het Legioen en een halfbataljon Senegaleezen hebben
het hard te verantwoorden. De zwarten aarzelen een oogenblik en
deinzen eenige passen terug, maar op de roepstem van hun offi
cieren hernemen zij dadelijk hun plaatsen. Bij het vallen van den
avond gaan 10 (zegge tien) vrijwilligers van het Legioen onder een
tweeden luitenant met de bajonet de loopgraaf bij het verhoogde
schilderhuis, die door een aantal verzetslieden opnieuw bezet was,
schoonvegen. Die tour de main maakt een eind aan de schietpartij.
De kolonel heeft besloten anderhalf uur voor het aanbreken
van den dag den marsch in te gaan naar Ain Aicha, want deze
marsch terug vormt, althans voor wat betreft het eerste gedeelte,
een vrij lastig op te lossen probleem. Het terrein is zoo chaotisch,
dat de impedimenta artillerie, ambulancen, munitietrein, convooi,
verplicht zijn het eenige pad te volgen, dat zich 4 K.M. ver
langs een berghelling slingert in een langen lus en aldus een
défilé vormt met onbegaanbaar terrein aan weerszijden. Om 3
u. v. verlaat het hoofd der colonne het kamp, maar de eerste
K.M. is nog niet afgelegd, als de disselboom van een 75 m.M.
caisson breekt en alles stopzetdan is het een bespanning, die
stort. Men heeft meer dan een uur noodig om de schade te
herstellen en het is dag, als eindelijk weer alles in beweging is.
De verzetslieden, verrast door dit vroegtijdig vertrek, vertoonen
zich aanvankelijk niet. De staart van het convooi is door het
défilé, als de eerste kogels beginnen te fluiten. De marsch
wordt dan echelonsgewijze zonder verliezen voortgezet tot den
laatsten kam, dien van Dahar en Bab Ouender, maar dan daalt
ook de heele berg op ons neer. De meest elementaire voorzorgen
verwaarloozend, alsof zij reeds hun prooi in handen hadden,
duiken de verzetslieden op in kleinere groepen eerst, dan in
grootere en zelfs in massa's, die de artillerie uiteen doet stuiven
en de vliegtuigen met bommen bedekken. De verliezen, door
onze projectielen geleden, bekoelen nauwlijks het fanatisme der
S82