10e. Het leeren van de aanslaghouding bij niet voorgeschreven
houdingen. Dit te behandelen als het onder ten 9e vermel
de en veelvuldig beoefenen art. 47.
11e. Gerichte aanslagoefeningen. Zonder doordrukken, art. 48.
Zie vooral 48 (7). Het beoefenen van het jagersschot. 48 (8),
(9), (10), (11) en (12). Beoefenen in alle houdingen.
12e. Samengestelde aanslagoefeningen met doordrukken. Zie art-
17 en art. 49. Commando's van den onderwijzer „Aan",
„Vuur", „Af". Zie vooral art. 49 (13). Beoefenen in alle hou
dingen.
13e. Volledige aanslagoefeningen art. 50, art. 16 (1), A. O. 1929
No. 4. en V. O. I. 41, art. 39 V. S. I. en Bijvoegsel R. I.
Bewegingen op het Co. „Vuren" en „Ophouden met vuren"
(fluitsignaal) Salvovuur. Zie vooral art. 50 (5) en (6).
Art. 50 (9), 47, art. 93 en 94. (Deze regels met voorbeelden
veelvuldig behandelen).
Beoefenen van het jagersschot. art. 50 (10).
Oefenen in alle houdingen.
14e. Afstanden bepalen, art. 65 en 63. Voorts art. 66 (V. S. 1.).
II. Een overzicht van de oefeningen te houden met de 3e en
4e groep (klasse B. en C.) volgt hieronder. Het onderwijs is
weer individueel: art. 64. Met deze groepen ook steeds te
herhalen de bewegingen voor het vullen en ledigen van het
magazijn, het vaardigmaken en ophouden met vuren (in alle
houdingen). Ook bij het onderwijs aan deze groepen er aan
denken dat de knielende en liggende houding de voor
naamste zijn en dat dus veel in deze houdingen wordt geoe
fend. Zie voorts art. 16 (2), A. O. 1929 No. 4. en V. O. I.
art. 41.
46 (1), art. 47, art. 48 (6), (8), (9),. (10), (11) en (12), art.
49. (hierbij te letten op art. 17.)
Art. 50 (zie ook art. 16 ad (2) en art. 39 ad (12)).
Art, 50 (6) voor doelen van de ware grootte zijn manschap
pen te gebruiken: (eerst de karabijnen nazien).
Art. 50 (9), art. 93 en 94 (deze schietregels aanschouwelijk
behandelen).
Art. 50 (10).
R. I. 195, 197, 200, 201, 202.
Ook de oefening in art. 33 (2) waarbij de onderwijzer met
den richtingscontroleur de afwijkingen waarneemt, is zeer
nuttig om den man er telkens weer aan te herinneren dat
het „door het schot heenzien" naast „goed richten" een
hoofdvereischte is bij het schieten.
938