2. EENIGE GREPEN UIT DE GESCHIEDENIS DER LEGERVERPLEGING. door A. VOIGT. (Vervolg. Zie Nos. 6, 7 en 8). met 2 schetsen. De Spoorweg. In 1859 in den oorlog, die Napoleon III m Noord-ltalie voerde, wordt voor het eerst ten behoeve van de verpleging van spoor wegen gebruik gemaakt. Hiermede gaat de verpleging een nieuwe faze tegemoet. Dit verkeersmiddel stelt ons in staat groote voor raden over groote afstanden snel te verplaatsen. Daardoor word niet alleen de bewegingsvrijheid der troepen vergroot, maaris het ook mogelijk geworden, grootere troepenmassa s in een be- nerkte ruimte te verplegen, ook als ze zich op grooten van den verptegingsbasis bevinden. Het eerste stvreven van een bevelhebber is tegenwoordig dan ook zich het gebruik van spoorweg ten behoeve van den aanvoer te verzekeren. Dat echter met de beschikking over een spoorweg de verPlef nSs™*~ heden niet alle van de baan zijn, is sedert meermalen gebleken. In 1R66 leidde een te groot vertrouwen in de capaciteit zekerheid van het spoorwegvervoer tot groot gebrek in het leger. Ook in den Fransch-Duitschen Oorlog verliet men zich, trots d in 1866 opgedane ervaringen, te veel op de prestaties van spoorweg. Dit blijkt o. a. uit het volgende voorbeeld. De verpleging der Duitschers gedurende het beleg van Par ij s. (Zie schets 4). Den 19den September 1870 was Parijs ingesloten door het 3de Leger op den linker- en het Maasleger op den rechteroever van de Marne-Seine. Bij het 3de Leger. Reeds gedurende den opmarsch van Sedan naar Parijs het de Legerintendant in Reims en Chalons Legermagazijnen oprichten waarvan de eerste vulling plaats had door vooru.tschuiv.ng van 884

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1929 | | pagina 16