6. NAAR AANLEIDING VAN „SCHIETOPLEIDING EN NOG WAT" (I.M.T. 1929 No. 9). door INF. Met zeer veel instemming las ik bovenvermeld artikel van den eersten Luitenant S e g e r s. Toch wilde ik nog iets verder op deze kwestie ingaan en wel voornamelijk op de passage waar schrijver eenige teekenende antwoorden van geoefende militairen op gedane vragen omtrent hunne schietopleiding citeert en meer speciaal het vermelde ad Ie „dat bij het Depotbataljon de schiet- onderwijzers zich meer bemoeiden met de leerlingen". Dit laatste onvoorwaardelijk aannemende, zou ik de zaak nog scherper willen stellen met het volgende. Het is een n.m.m. te betreuren verschijnsel van de laatste jaren dat over het algemeen bij ons, infanterie-officieren, vrijwel al onze handelingen in dienst gericht zijn op het A.T.V., G.V.I. en het R Ihet A.S.Km. en tenslotte het V.P.T.L. (Men lette wel op de volgorde Over het algemeen wordt op het oogenblik bij den troep aan den z.g. binnendienst, laat ik het onomwonden zeggen, minder aandacht besteed den vroeger. Natuurlijk zijn daarvoor redenenen misschien zelfs zeer veel redenen aan te voeren, doch wat zou het geven om dat alles onder het zoeklicht te brengen M.i. is het verstandiger te zeggen, beter ten halve gekeerd, dan ten heele gedwaald en te trachten in te zien dat deze toestand bedenkelijk zou kunnen worden. Want laten wij allen toch wel bedenken dat de wijze waarop deze binnendiensten en hieronder reken ik vooral de schietop leiding en het exerceeren, gehouden worden, de mate van dis cipline en technische geoefendheid van den troep bepalen Terugkeerende tot de schietopleiding volgen hieronder eenige aanwijzingen voor schietonderwijzers, welke wellicht van nut kunnen zijn voor compagnies- en sectiecommandanten. Zoowel bij eene veldcompagnie als bij eene recrutencompagnie bij een veldbataljon, waar nu eenmaal gewerkt moest worden met de beschikbare instructeurs, is door mij van dit overzicht steeds met succes gebruik gemaakt. Iedereen wist na eenigen tijd waar zich aan te moeten houden en ook voor mijzelf was dit over zicht bij de controle van dezen dienst zeer bruikbaar. 935

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1929 | | pagina 69