1053 prezen. Een zwaar geconstrueerde patroonirekker is niet noodig, terwijl aan de hulzen geen bijzonder hooge eischen behoeven te worden gesteld. In deze zelfde aflevering komt nog voor een studie van den kapitein der artillerie (breveté) O. A. Chauvin „La liison infanterie-artillerie," waarin de nadruk wordt gelegd op de noodzakelijkheid van meldingen door de infan terie. De artillerie vraagt aan de infanterie om te zien, waar zij zelf niet kan zien. „Hij die ziet is de meester van het slagveld." C. Luchtstrijdkrachten. Mil. Wochenblatt. No. 3. Juli 1929. „Die Nöte der französischen Luft- flotte". In dit artikel wordt een serie opstellen besproken, die verschenen (in April 1929) in het Fransche tijdschrift „Les Ailes" en waarin een openlijke en scherpe critiek wordt gegeven naar aanleiding van het feit dat het or ganisatorisch onderbrengen van de Fransche luchtstrijdkrachten onder een eigen luchtvaartministerie slechts op papier waarde heeft, zoolang de tegen woordige toestand blijft bestaan, waarbij nl. in de leidende militaire kringen de gedachten over een zelfstandige oorlogvoering in de lucht zich nog geen baan hebben gebroken, Revue militaire Suisse. No. 5. Juli 1929. „Les gros appareils de bom bardement", luitenant E. Naef. Schr. geeft beschouwingen over Farman-vlieg- tuigen, verduidelijkt met foto's van de verschillende Farman-Goliath biplanes en de monoplane „Jabiru", benevens gegevens betreffende de F 63, de F 140, de F 160, de F 165 en de F 168, waarvan de F 140 met 6 en de overige met 5 mitrailleurs bewapend zijn. Luchtvaart, Mil. Wochenblatt. No. 5. Augustus 1929. „Luftfahtrundschaii". Hieron der vinden we thans beschouwingen naar aanleiding van de luchtvaarttentoon stelling (in Juli 1929) te London gehouden en de demonstraties der Eng. luchtstrijdkrachten op 13 luli '29 te Hendon. Op de tentoonstelling werd aangetroffen, naast de bekende Bristol „Bulldog", een nieuwen eenzits-jager van de firma Fairey, de Firefly II, een eenzitter van Qloster, een dito „Hor net" van Hawker en nog een van de Vickers-fabrieken, de 151. Over het geheel zijn deze vliegtuigen met krachtige motoren uitgerust (550-570 pk.). Voor nadere gegevens omtrent bewapening en uitrusting dezer jagers, bene vens voor wetenswaardigheden omtrent de nieuwe dag-bombardements toestellen en de boven reeds genoemde demonstraties, verwijzen we verder naar het artikel. Gasoorlog. Revue militaire Suisse. No. 7. Juli 1929. „La guerre aéro-chimique et la défense anti-aériene" Ir. de Stackelberg vervolgt zijn artikel (zie ook I.M.T. blz. 773), thans met beschouwingen over: „Dispositif électro-mécanique du pointage a distance par la poste centrale". Onder het luchtvaart-afweergeschut vinden we bijzon- heden vermeld omtrent het 80 m.m. Saint-Chamond-afweer-kanon en het idem 100 m.m. geschut, benevens van het nieuwe, in Amerika aangenomen geschut van 105 m.m. Aan het slot een opsomming van het in gebruik zijnde afweer geschut in Frankrijk, België, Tsjecho-SIovakije, Engeland en Amerika. U. Voorts is van belang een kort artikel voorkomendein The CoastArtillerie Journal Augustus 1929, van luitenant Robert. E. Sadtler getiteld: Recent Developments in Chemical Warfare" In dit laatste artikel wordt eerst gewezen op de noodzakelijkheid om het geheele lichaam te kunnen beschermen tegen de inwerking van het mosterdgas en dergelijke gassen. Van deze gassen wordt gezegd, dat het nu mogelijk is om in ongeveer 20 seconden een colonne van een mijl (1600 m.) lengte te besproeien. Ten aan zien van beschermde kleeding wordt aangeteekend, dat aanvankelijk gebruik werd gemaakt van geoliede kleeding. Daarna werd meer afdoende antigasklee-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1929 | | pagina 107