en verbrand wordt. Tegenover deze successen staat het over- loopen van de Branes en een groot gedeelte der Tsouls naar de verzetspartij, terwijl het ook in het Westen, waar Kheriro's mok- hazni's in Gharb doordringen, weer begint te kraken. De gen. Cambay moet tot Taza terug; Bab Moroudj, verdedigd door den kap. Mège en zijn partijgangers, wordt door de opstandelingen inge sloten. Het zelfde lot ondergaat Ain Aicha in het centrum, zoodat „a la date du 6 juillet, le front passe sensiblement par les abords nord et est d'Ouezzan, les postes d'Issoual et de Tafrant noyés dans un flot de dissidence, les hauteurs sud de l'Ouergha de Fes el Bali a Ain Aicha, le poste de Taounat que nous avons con- servé au sein des Mtioua et des Rioua hostiles, le poste de Bab Taza que l'on ne peut ravitailler que par des opérations de vive force partant de Souk el Arba de Tissa, la transversale d'Oued Amelil au camp Desroches et a Bab Moroudj, que la défection des Tsouls et des Branès déborde vers le sud, le centre de ré- sistance de Kifane coupé de l'arrièire, Belkacem, Hasi Medlam, Hassi Ouenzga.''(S5) In deze hachelijke omstandigheden doet de maarschalk Lyautey een beroep op de zelfbestuurders, die hij de vrije hand geeft bij de bestrijding der Rifaansche propaganda. In de streken om Rabat en Settat worden door kaids en notabelen vrijkorpsen van 500 tot 600 man opgericht onder opperste leiding van den kalief van Fez, Si Mahmoun, broeder van den Sultan, met opdracht: be strijding der mokhazni's en hun propaganda, waarbij zij vrijheid hebben ook buiten de Fransche linies razzia's te houden en den krijg naar Marokkaansche opvattingen te voeren. Zulks heeft van den aanvang af succes; vele mokhazni's vinden een ontijdig ein de en aan de uitbreiding van den opstand wordt paal en perk gesteld. (86) Tevens zendt de maarschalk een rapport, den 6den Juli door den gen. Daugan ingediend, den 9den met een begeleidende nota door aan den Minister van Oorlog Painlevé. In dit rapport wordt betoogd, dat, het front, verdeeld zijnde in 3 sectoren, er minstens 20 bat. inf. per sector noodig zijn „pour tenir le front de fa?on a le rendre inviolable". De ondervinding toch heeft bewezen, dat telkens, wanneer men onder dit cijfer ging, nu in den O. 967 (85) Laure, op. cit., o. 20. (86) Tout comme chez nous: Het extremisme tierde in 1919-1922 ter Oost kust van Atjeh zoo welig, dat een der machtigste zelfbestuurders verklaarde, dat de Kompeuni een tafel was, waarvan drie van de vier pooten door de rajabs waren doorgevreten, en de oelèëbalangs tot bescherming van hun po sitie een Sjarikat Setia oprichtten. Tot het bestuur eindelijk ten aanzien van de volksleiders kleur bekende en de zelfbestuurders steunde. Op slag wijzigde zich de toestand: de volksleiders weken uit of gingen peper planten en rust en orde heerschten als tevoren. Op een later gehouden bestuurdersconferentie verwierpen de Atjehsche zelfbestuurders, een stemmig, voorgestelde demo craatsheden als landschaps-, afdeelings- en andere raden, hoewel zij in de practijk gaarne het moefakat toepassen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1929 | | pagina 11