Wel had de Fransche bevelhebber order zich in den strijd tusschen de sultans neutraal te houden, maar het leger van Mulay Hafid trok door Chaouïa, waarbij het de inwoners in hun strijd tegen de Franschen steunde. Daarenboven waren de geregelde troepen niet van de bewoners der landstreek te onderscheiden, zoodat handhaving dezer neutraliteit onmogelijk was. Gedurende den eersten tijd na de landing bepaalde de actie zich in hoofdzaak tot de beveiliging van Casablanca en werden slechts in de onmiddellijke omgeving dezer stad gevechten gele verd. Daar hierdoor niet het minste resultaat bereikt werd, zond de Fransche regeering al spoedig versterking, zoodat begin Sep tember de sterkte bedroeg 6 bat. Inf., 3 esc. Cav., 2 veldbatterijen, l'/2 bergbatterij en 4 Mitr. afd., totaal 6300 man. Veel verbetering bracht dit niet. De Franschen hadden groot gebrek aan transportmiddelen, zoodat zij gedwongen waren hun actie tot ééndaagsche tochten te beperken. Eenige stammen in de omgeving van Casablanca onderwierpen zich, maar de meeste tegenstanders trokken zich in het binnenland terug. Op 1 Januari 1908 werd Mediouna bezet. Kort daarna werd de Fransche bevelhebber, Generaal Drude, vervangen door Ge neraal d'Amade terwijl opnieuw versterking der troepenmacht plaats had, zoodat midden Januari beschikt werd over .- 9 bat, Inf., 5 esc. Cav., 3 veldbatterijen, l'/2 bergbatterijen en 6 Mitr. afd. Ook waren de transportmiddelen nu eenigszins aangevuld, zoodat het gelukte Ber Rechid te bezetten, Van daaruit werd doorgestooten naar Settat, waar den löden Januari het eerste gevecht tegen de Mahalla geleverd werd. Nadat de Marokkanen tot den terugtocht gedwongen waren, trokken de Franschen weer naar Ber Rechid terug. Vervolgens wendde d'Amade zich naar het O. en Richtte de steunpunten Fedahala en Bu Znicka in. Het doel was nu de onderwerping van de ten O. van de Mellah wonende stammen. Daartoe werd een colonne uitgezonden van Bu Znicka en een van Mediouna, waardoor men den vijand tusschen twee vuren hoopte te krijgen. Doordat de eene colonne verraden werd door een medegevoerden kabelballon, mislukte deze onderneming. Nu werden uit de troepen, die niet voor plaatselijke verdedi ging noodig waren, twee vliegende colonnes gevormd, n. 1. de „Colonne du Littoral" (kustcolonne) en de „Colonne du Tirs" (genoemd naar het landschap Tirs, ten Z. van Ber Rechid). Deze colonnes opereerden in onderling verband, steunende op de be zette punten, waar ze hun munitie en levensmiddelen konden aanvullen. Door het medenemen van levensmiddelen konden ze zich 2 tot 3 dagmarschen van die steunpunten verwijderen. De op 17 Februari geleverde gevechten bij Ber Rebah en Abd el Kerim hadden voor de Franschen een ongunstigen afloop, 1002

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1929 | | pagina 48