rantsoenen levensmiddelen bevatte. De kudde slachtvee werd op sterkte gebracht door aankoop van 40 schapen. Den 23sten marcheerde de colonne in Z. richting door het bosch van Zaïda. In dit bosch kreeg men moeilijkheden met de kudde daar de dieren trachtten te ontsnappen, hetgeen aan enkele gelukte Bivak werd betrokken bij Ber Rebah. Den volgenden dag werden de Niffikik en de Mellah overgetrokken, waarna een •convoi auxiliare uit Casablanca weer 2 rantsoenen levensmiddelen der aanvulling van den troepentrein bracht. Den 26sten Jannuari was men weer over Mediouna naar Lasaoian- ca teruggekeerd. Den 27sten Februari vertrok opnieuw een colonne uit Casa blanca. Bij deze colonne beschikte men over eene levensmid- ■delentrein die als regel om de 2 dagen uit de dichtstbijgelegen posten werd aangevuld. Den eersten dag kwam men te Mediouna aan, waar de mede genomen voorraden niet werden aangesproken, doch de ver trekking aan den troep plaats had uit het hulpmagazijn. Den volgenden dag, gedurende den marsch naar Souk el Had ontsnapte •een' deel der kudde, welk verlies echter kon worden aangevuld door aankoop bij de bevolking. Op 29 Februari werd bij Souk el Tnin een gevecht geleverd. Een konvooi bracht hier 2 rantsoenen levensmiddelen. De trein weid aangevuld op 2 km. afstand van de gevechtslinie. Den volgenden dag werd om 4 v. m. geslacht en het vleesch voo den afmarsch aan den troep verstrekt. Het verpleg.ngspersonee had gedurende het laatste etmaal slechts 2 uur geslapen. Zonder bijzondere voorvallen werd vervolgens over Si Sliman, Bu Znlcka en Fedahala naar de Accila gemarcheerd., waar men 8 Maart aankwam. Dien dag konden wegens verkenningen aan den troep creen levensmiddelen worden verstrekt. Den volgenden dag rukte men naar Abd el Kerim op, waar om 4 v. m. geslacht werd. Dit vleesch werd reeds om 6 v. m. aan den troep verstrekt. Men ziet hieruit, dat de vleeschvoorziemng gedurende de marschen niet altijd volgens de regelen der kunst kon plaats hebben. Meermalen is men genoodzaakt het vleesch middellijk na het slachten uit te reiken, dus voor het bestorven ■is. Dit is zeer nadeelig. Als men het vleesch voor de bereiding niet minstens 6 uur laat hangen, is het zeer taai, terwijl het nuttigen van zulk vleesch dikwijls stoornissen in de spijsvertering veroorzaakt. Ook wordt het vee gedurende deze tochten mees tel >kort na een vrij langen marsch geslacht, terwijl het wenschelijk is, dat de dieren vóór het slachten minstens 5 uur gerust hebben daar het vleesch anders van mindere kwaliteit is en het sneller ^Gedurende de volgende dagen ging de tocht over Settat en Oulad Saïd naar El Ourimi, waar op 15 Maart een ernstig gevecht

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1929 | | pagina 53