5. NABETRACHTING OVER HET ARTIKEL „IETS OVER
ZWARE MITS" VOORKOMEND IN HET I. M. T. 1929
AFLEVERINGEN 6, 7 EN 8.
door
C. G. VAN MOURIK.
Kapitein der Artillerie.
In verband met de noot van de Redactie in het I. M. T. 1929
No. 8 blz. 721, zouden wij nog gaarne het navolgende willen
°PUitrden aard der zaak beschikten wij (in Nederland vertoevend)
over meer Nederlandsche gegevens, dan van ons eigen le§er'
iets wat wij betreurden, doch waaraan op dat moment mets was
16 wij31hefbben echter getracht zooveel mogelijk de ,In(lische
voorschriften aan te halen, doch kwamen tot de conclusie dat de
bestaande voorschriften wel weinig over het gebruik van dit
m Nuwaren'de ?Ned e r 1 an d s c h e gegevens verkregen door de
tacheerden bij en besprekingen met officieren van de Normaal-
schietschool, en vormden een neerslag van technische proef nemin
gen, gebaseerd op ervaringen van den wereldoorlog uit
^Ndoopen dttechnische bijzonderheden van dezelfde wapens
(i q Vickers, Schwarzlose) in de verschillende landen weinig
uiteen, te weinig om daarbij groote verschillen te kunnen opmer
ken ("indien kaliber hetzelfde is).
De verschillen zullen hoofdzakelijk zetelen in de waardeering
van die technische hoedanigheden en de toepassingen ervan.
Nu is het doel van bovengenoemd artikel geweest om aan te
^Te^Dat de Zw. Mitr. bij uitstek een wapen voor de verdedi
ging is juist door de technische hoedanigheden.
(gewicht groote uitwerking op ongedekt levende joelen).
2e Dat de moeilijkheden bij het gebruik van de Zw. M s.
in den aanval in vlak terrein zoo groot zijn, dat men nooit
tot een bevredigende oplossing zal geraken, indien men alles
van dit wapen eischt. A
De technische bijzonderheden van het wapen (i. c. gewicht)
verzetten zich er tegen. 3