1156 Landsbelang ten laste van de begrooting van Oorlog dienen te worden gebracht. Met betrekking tot het algemeen systeem van bladindeeling voor de kaarten van den Ned.-Indischen Archipel is nader bepaald dat een graadafdeeling voortaan zal worden aangeduid door eerst het Arabische en daarna het Romeinsche cijfer te vermelden. Aanvankelijk was deze schrijfwijze omgekeerd. De totaal kosten, komende ten laste van het dep. van oorlog hebben in 1928 bedragen f 2,235,308,50 waar tegenover staan f 179,954,50 aan contante ont vangsten en f 1,338,708,70 aan verrekende bedragen. Het hoofdstuk Terreinwerkzaamheden behandelt de verrichtingen om de verschillende brigades (triangulatiebrigade, opleidingsbrigade, opnemingsbri gades, herzieningsbrigades en zelfstandige detachementen. Uit de bespreking van de verrichtingen van het Reproductiebedrijf blijkt dat de financieele uitkomsten wederom ongunstig waren, de bedrijfsrekening sloot met een nadeelig saldo van ruim f 98,000. Het meest belangwekkende deel is wel het hoofdstuk, bijdragen van gemeng- den aard, waaronder we aantreffen een bijdrage gewijd aan het oud-hoofd van den Top. dienst H D.H. Bosboom (18941897); een verhandeling van prof. J. van Baren over de samenstelling van de klei van den bodem der kin derzee, mededeelingen betreffende de luchtfotogrammetrische proefkaarteering, enkele gegevens omtrent veranderingen in het terrein, Polygonmeting in de res. Batavia, waterpassing in Zuid-Celebfs en Aanteekeningen bij de kraterkaarten van den G. Singgalang en den G. Tandikat (Sumatra's Westkust). De beschouwingen omtrent veranderingen in het terrein worden samengevat als volgt In het algemeen zijn de meeste veranderingen te verwachten in te voren nog ongecultiveerd gebied en daar, waar de gebergtevoet vruchtbaar en dicht bevolkt is. De geringste veranderingen treden op in gecultiveerd vulkanisch gebergte en in waterarme, economisch achterlijke vlakten. Voor de topogra fische kaart valt er daarbij nog op te wijzen, dat de hoogtelijnen eigenlijk wel onveranderlijk moesten zijn (veranderingen in de hoogte komen practisch niet voor), doch dat dit niet altijd opgaat. In de boschstreken heeft men de tranches dikwijls bij gebrek aan voldoende exacte gegevens, op het oog moeten inschetsen, zoodat zij aldaar na het openkappen om de streek of bij aanleg van wegen, niet met de werkelijkheid blijken overeen te stemmen. Uit Nederland mochten we eenige nummers ontvangen van het nieuw verschenen „Politiek economisch weekblad" orgaan ter versterking van de Rijkseenheid: Nederlandsch-Indië. Het doel dat met deze uitgave wordt beoogd blijke uit het volgende Saambinden tegenover de beweging: „Los van Nederland". De Rijkseenheid bevorderen tusschen Nederland en Indië in Oost en in West. Dat is het doel van dit nieuwe Weekblad. Ons blad wil politiek zijn, om stuur te geven aan de richting, die naar de opvatting van hen, die de leiding ervan hebben, voert tct het genoemde doel. En economisch, omdat de economische vraagstukken voor de materieele welvaart, beide voor Indië en Nederland, van het hoogste gewicht zijn. Het is een weekblad, uitsluitend gewijd aan de koloniale belangen, omdat dit noodig is, om de gewekte belangstelling in Indische Zaken levendig te houden en om het Nederlandsche Volk, in al zijn geledingen, de roeping te doen verstaan, die het heeft te vervullen tegenover het groote Wereldrijk: Nederland en Indië. Een blad dus met een grootsch doeleen blad ook, met een eigen sfeer. Noch de losse berichten, met nu en dan een artikel over Oost of West in de dagbladen, noch de meer wetenschappelijke verhandelingen in de maand schriften, zijn voor het gestelde doel voldoende. Populair geschreven artikelen, die niettemin de toets van te rusten op we tenschappelijke basis, zullen kunnen doorstaan en die week aan week zullen geven wat op het oogenblik der verschijning van belang is, zijn daarnaast het aangewezen middel.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1929 | | pagina 110