De staf van het 8e Leger volhardt evenwel bij de ingezette ope ratie en op den 21, 7.45 n.m., als van beide zijden gunstige berichten zijn ingekomen, gaat het bevel uit: „Die Armee wird in West-Preussen nach den rechten Flügel vereinigt, urn gegen den feindlichen linken Flügel der neuen Krafte vorzugehen". Doch andermaal „friktionniert" Prittwitz. Hij belt opnieuw, en wederom zonder iemand van zijn staf hierin te kennen, de O. H. L. op en brengt zijn bedenkingen voor. Het voorstel om zich tegen den rec/zfer-vleugel van het Narew-leger te wenden, wijst hij als te gewaagd, als onmogelijk af. Hij eischt versterkingen. En tenslotte antwoordt hij op een desbetreffende vraag, dat hij zelfs voor een standhouden achter den, in dat jaar getijde zeer langen Weichsel met zijn handjevol menschen niet kan instaan. Den 23en vangt het transport van I K. aan de vijand is ver achtergebleven; Waldersee deelt cdt. XX K. mede, dat het in de bedoeling ligt XVII K. en I R. K. in de algemeene richting Heilsberg te laten voortmarcheeren. Dienzelfden dag, tegen den avond, wordt bericht van de O. H. L. ontvangen, omtrent de vervanging van v. Prittwitz en v. Waldersee -totdat de nieuwe legercommandant zal zijn aangekomen, zullen de korpscommandanten „nach eigenem Ermessen handeln". T annenberg. Uit de voorafgaande beschouwingen zal den lezer duidelijk zijn geworden, welke rechtzettingen de schets in het Augustus nummer behoeft; terzake zij vooral verwezen naar de laatste helft van bl. 703. Vergelijkt men verder de bevelen, uitgegeven door of namens den Cdt. van het 8e leger, vóór de nieuwe bevelhebber in functie trad, dan blijkt, dat de eenige voorbereidende maatregel, door Ludendorff getroffen en welke nog niet getroffen was, uitsluitend betrof den rustdag voor I. R. K., XVII Korps en Hoofdreserve Königsberg. In de rapporten der commandeerende generaals was niet bepaald sprake van een zoodanige uitputting, dat deze rustdag onontkoom baar lijkt. Voorts was zaak, teneinde vrijheid van handelen te herwinnen, deze niet vervolgde troepen zoo spoedig mogelijk ver van het Njemen-leger te brengen. En tenslotte moest, tijdens het aanzetten van I R. K. en XVII K. tegen den rechterflank van het Narew-leger dien rustdag weer in- 1085 Omtrent dit telefoongesprek bestaan verschillende lezingen. Kabisch vermeldt het; Hoffmann meent, dat hier een misverstand in het spel is en dat slechts één gesprek, op den 20en, heeft plaats gehad.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1929 | | pagina 27