het toelaten, om het in de voorste lijn van den aanvaller mede te
voeren.
Daarmede is dan een belangrijke stap gedaan in de richting
van een bevredigend tactisch gebruik van mitrailleurs bij den
aanval, een vraagstuk, dat zooals in den aanvang van dit artikel
werd uiteengezet, te voren practisch als onoplosbaar moest wor
den beschouwd. Dit behoeft geenszins uit te sluiten, dat dit
wapen, wanneer daartoe aanleiding bestaat ook wordt gebezigd
op grootere afstanden, voor vuur door of over eigen troepen
heen, al dan niet met indirecte richting. Het moet daartoe vol
komen geschikt worden geacht terwijl toepassing van de nieuwste
systemen van kijkeropzet mogelijk is. Niettemin zal juist door de
grootere geschiktheid om in de voorste lijn te worden medege
voerd, aan het zoo juist geschetste gebruik minder behoefte blijken
te bestaan. Overste Jessen acht het zelfs mogelijk er in beginsel
geheel van af te zien, hetgeen uiteraard de opleiding van het
personeel zeer vergemakkelijkt.
Ook uit een organisatorisch oogpunt brengt dit wapen speciaal
voor onze omstandigheden belangrijke voordeelen mede. Door
bijvoorbeeld één der vier compagnieën van het veldbataljon uit
te rusten met één affuit per K. M., krijgt men een organisatie van
het bataljon van 3 gelijkvormige compagnieën infanterie plus een
compagnie mitrailleurs, een organisatie dus, die geheel overeen
komt met de eischen des tijds en die dan ook zonder uitzondering
bij de moderne legers wordt toegepast.
Onze tegenwoordige compagnie mitrailleurs bij het regiment
een verouderde organisatie, die verschillende belangrijke nadeelen
heeft, (onvoldoende mitrailleurs per bataljon en moeilijke oefe
ningsomstandigheden, waardoor de infanterie nog min of meer
vreemd tegenover den mitrailleur staat) kan dan als zoodanig
verdwijnen om daarna in een nieuwe gedaante haar intrede te
doen, waarbij voor het zoo dringend benoodigde infanteriegeschut
een personeelsorganisatie voorhanden is. Het is mijn vaste over
tuiging, dat met deze vluchtig geschetste organisatie onze infan
terie, zonder personeelsuitbreiding, een belangrijke versterking
zal ondergaan.
Overigens zij hier nadrukkelijk voorop gesteld dat deze or
ganisatie slechts als voorbeeld is genoemd. Er zijn ook andere
en wellicht betere oplossingen te vinden.
Zoo gaat de Overste Jessen veel verder. Hij wenscht n.l. alle
K. M.'s te voorzien van een affuit om zoodoende te komen tot
een bataljon van 4 gelijk gevormde compagnieën, welke naar
behoefte en al naarmate de tactische omstandigheden het eischen,
nu eens als gewone infanterie, dan weer als mitrailleurcompagnie
kunnen worden gebruikt.
Consequent op deze organisatie doorgaand, komt hij tot een
tactisch gebruik, waarbij in vele opzichten nieuwe gezichtspunten
worden geopend. Het kenmerkende hiervan is:
1098