Ie. breede aanvalsfronten, doch 2e. smalle en diepe échelonneering van de afdeelingen, die den eigenlijken aanval verrichten. Deze eigenlijke aanval, welke wordt uitgevoerd door afdeelingen met K. M.'s zonder gebruik van de affuit, ontvangt dan vuursteun van afdeelingen, die te voren zoo ver mogelijk zijn vooruitgegaan om daarna flankeerend vuur te brengen op het punt waarop de eigenlijke aanval plaats heeft. De afdeelingen die vuursteun ver schaffen gebruiken in tegenstelling met den eigenlijken aanvalstroep wèl de affuit en blijven tijdens den eigenlijken aanval op hun plaats. Ook voor deze opvatting is ongetwijfeld veel te zeggen en enkele collega's met wie ik deze zaak besprak zouden er zelfs de voorkeur aan geven boven de organisatie, waarbij slechts één der compagnieën van een affuit per K. M. wordt voorzien. Inderdaad heeft een dergelijke toebedeeling van affuiten veel aanlokkelijks. Men denke bijvoorbeeld aan de verdediging, waar bij dan alle K. M.'s de functie van zwaren mitrailleur kunnen verrichten aan een voorhoede, die de ontplooiing en inzet van de hoofdmacht beschermt; aan afdeelingen, die tijdens den aan val een vasthoudende taak krijgen toegewezen enz. Hiertegenover staan mindere beweeglijkheid van de infanterie en wellicht een ongunstige beïnvloeding van den aanvalsdrang. Persoonlijk zou ik mijn oordeel over de meest gewenschte organisatie en het daarmede samenhangend tactisch gebruik af hankelijk willen stellen van proeven, die tevoren in onze terreinen en onder onze omstandigheden met de K. M. op affuit gehouden dienen te worden. En hiermede ben ik dan tevens genaderd tot de aanleiding voor het schrijven van dit artikel, dat beoogt de wen- schelijkheid aan te toonen om met de nieuw geconstrueerde affuit hier te lande serie use proeven te houden. Naar mijn volle overtuiging is het in het voorgaande slechts vluchtig geschetste onderwerp voor ons leger van het hoogste belang. Het geldt hier niet een nieuwigheidje, zooals die zoo herhaaldelijk op wapentechnisch gebied worden aangekondigd, doch de practische verwezenlijking van een door tactici gefor muleerd, maar tot nu toe onuitvoerbaar gebleken desideratum. Van zijn studie en detacheeringen in Frankrijk had de toenmalige Kapitein Jessen de overtuiging medegenomen van de moeilijk heid van het vraagstuk van het tactisch gebruik van de mitrail leurs bij den aanval. „Tracht Uw Madsengeweer te verbeteren", zeide toen een zijner leeraars tot hem, „opdat het niet slechts als geweermitrailleur maar ook als zware mitrail'eur kan worden gebruikt". Voor zoover ik het kan beoordeelen is de ontwerper hierin volkomen geslaagd. Begaafd tacticus en mitrailleurdeskundige 1099

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1929 | | pagina 45