Bij deze herdenking van het 60-jarig bestaan van ons tijdschrift
past zeker een woord van dankbare hulde aan het adres van den
oprichter, den reeds genoemden, toenmaligen len luitenant der genie
E. B. Kielstra.
Welk een moeilijkheden moesten door dien pionier worden over
wonnen, welk een doorzettingsvermogen is door hem ten toon
gespreid!
Ieder ingewijde zal daarvan kunnen getuigen.
Van die door Kielstra ondervonden moeilijkheden geeft een bij
drage van zijn hand, voorkomende in het I. M. T. 1894 No. 12,
getiteld „na twintig jaren, waarin de oud-redacteur een populaire
bijdrage levert tot de geschiedenis van het tijdschrift, blijk.
Aan het slot van dat opstel lezen we:
„We verheugen ons in den grooten wetenschappelijken vooruit
gang, gelijk die uit het tijdschrift blijkt, van het Indisch officiers
korps in de laatst verloopen kwart eeuw. Wij hopen zeer, dat de
volgende vijf en twintig jaren even grooten of nog grooteren voor
uitgang zullen aantoonen, zoodat hij, die bij het gouden feest van
ons tijdschrift een terugblik op het verleden zal werpen van zijn
standpunt met recht zal kunnen zeggen „wat liet dat werk in 1895
nog veel te wenschen over".
Het ligt minder op onzen weg om de verdiensten van de latere
redacteuren hier in het licht te stellen. De beoordeeling van hun
werk blijven den lezers voorbehouden. Genoeg zij het te vermelden:
des heeren Kielstra's kind beleefde gunstige en minder gunstige
tijden, werd nu eens in zijn bestaan bedreigd om dan weer perioden
van grooten bloei door te maken. En gelukkig mogen we thans, in
dit overzicht, opnieuw constateeren, dat het tijdschrift zijn roeping
getrouw is gebleven.
Een vraag, welke wij ons zouden kunnen stellen is: Voldoet het
Indisch Militair Tijdschrift aan de eischen, die men het met billijk
heid stellen mag?
O. a. werd deze vraag opgeworpen in den jaargang 1902 door
een schrijver G. Buys. Diens beoordeeling was nu niet zoo bijster
gunstig.
Op een vraag van de uitgevers, toen ter tijde de firma Kolff en
Co., „Waarom zijn honderden officieren niet ingeteekend op het
Indisch Militair tijdschrift.i)" antwoordde laatstgenoemde schrijver:
omdat het Indisch Militair Tijdschrift niet populair genoeg is, omdat
het stukken opneemt van twijfelachtige waarde, omdat het zuinig is
met kaarten, schetsen en dergelijke, omdat het niet actueel is en
7
Gelukkig kan die vraag thans niet meer met recht en naar billijkheid
worden gesteld; maar toch ontbreken nog velen, die wij noode missen, op
onze ledenlijst; zal daarin in het 61ste levensjaar een nog gunstiger wijziging
komen. Afwezigen zendt ons te eere voor den 60-jarige uwe
inteekening.
