IX. Een effen camouflage middel kan niet on herkenbaar worden gemaakt door het de kleur van de omgeving te geven (zie III). Natuurlijk materiaal heeft de kleur van de omgeving. Toch is deze overeenstemming niet voldoende, daar het grootere licht effect van horizontaal liggende camouflages tegenover een om geving waarin hetzelfde materiaal rechtopstaand voorkomt, voor den luchtwaarnemer den kleurindruk verdringt en de camouflage zichtbaar maakt (een bedekking met bundels frisch gras biedt b. v. bij waarneming uit de lucht niet denzelfden aanblik als het omringende grasland bedekking met graszoden zal daarom de voorkeur verdienen). X Een natuurlijk camouflagemiddel dient ook in den natuurlijken stand te worden opge steld (zie III en IX). De algemeene fout om bij het ter camouflage beplanten van een stuk omgewerkten grond, te weinig plantmateriaal te gebrui ken, is het gevolg van de omstandigheid dat de grondwaarnemer de gewassen zich tegen elkaar ziet afteekenen en daardoor het bewerkte terrein waarneemt in de kleur van de gebruikte plant soort. De kleurindruk, dien hij krijgt is niet dezelfde als die van den luchtwaarnemer - deze ziet het terrein in horizontale projectie en merkt dus wel degelijk het verschil op tusschen een te licht beplant gedeelte, dat als „kleurresultante" te veel de grondkleur oplevert en den natuurlijken aanplant. Een aardig voorbeeld hiervan gaf bij de oefening te Tjipatat de borstwering van loopgraaf h. XI. Bij nabootsing van de natuurlijke begroei- ïngswijze moet de camouflag e-a a n p 1 a n t de zelfde dichtheid bezitten als de begroeiing in de omgeving. Een bekende wijze van kleurencamouflage bestaat in het be schilderen van een voorwerp met grillige streken en vlekken van velerlei kleur. Eenige van deze kleuren zullen veelal in overeenstemming zijn met de omgeving en daardoor bij waarne ming op grooten afstand met die omgeving samenvloeien, waar door de vorm van het voorwerp onherkenbaar wordt. Het gevaar bestaat echter, dat door de overige kleuren juist de aandacht van den waarnemer wordt getrokkenhet middel dient dan ook uitsluitend te worden toegepast tegen de waarneming op zeer groote afstanden en dan nog in het bijzonder tegen de horizon tale waarneming (stellingoorlogzware batterijen, voertuigen, depots ver achter het front zeeoorloghet onherkenbaar maken van het type der oorlogsschepen, waarbij ook door het op bijzondere wijze laten verloopen van sterk sprekende lijnen optische misleiding wordt verkregen). 112

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1930 | | pagina 10