Directe richting.
Doel zichtbaar van of van een punt
nabij de standplaats van den schutter.
Mikpunt in het doel;
vizier overeenko
mend met afstand
tot het doel.
Korrel, vizier, op-
zetstang (zonder
luchtbelbuis).
Het doen samenval
len van de vizierlijn
met de richtlijn. (De
vizierlijn kan zijn
mechanisch (keep-
korrel) en optisch
(kijkervizier.)
De richtlijn ver
bindt het oog met
een mikpunt in het
doel.
Mikpunt in horizon
talen en verticalen
zin in de nabijheid
van het doel (zie
volgende blz.)vi
zier gecorrigeerd
voor verticalen
hoek mikpunt
stuk doel.
Ligt mikpunt niet in
de lijn stuk - doel,
dan zijd. stand na
richten op mikpunt
corrigeeren voor
horiz. hoek
(afstand van min
der belangechter
niet te dicht bij
stuk m. h. o. op in
vloed richtfout.)
Korrel, vizier, op-
zetstang (zonder
luchtb. b.), kleine
horizontale, verdeel
de rand aan het stuk
(glijbaan bij demitrs)
Het doen samenval
len van de vizierlijn
met de richtlijn.
De richtlijn verbindt
het oog met een
mikpunt in de nabij
heid van het doel,
van welk mikpunt
de ligging t.o.v. het
doel zoowel in ho
rizontalen als in
verticalen zin kan
worden bepaald.
Indirecte richting.
Gedekte opstelling
van de stukken.
Zijdelingswille
keurig richtpunt.
Elevatie: doorhoek-
meetinstrument met
luchtbelterrein-
hoek in rekening
brengen
Bijzondere instru
menten opzet met
luchtbelbuis, kwa
drant, terreinhoek
meter, richtkijker,
enz.
Hoogterichting
onafhankelijk van
mik(richt-)punt.
Terreinhoek in re
kening brengen.
Zijdel. richting: het
met behulp van
hoekmeetinstrumen-
ten in een bepaalde
richting plaatsen
van één stuk (direc
tie-stuk), het daar
aan evenwijdig stel
len van de andere
stukken.
Nauwkeurige voor
bereiding noodig.