De oorzaak van dit verschil moeten wij zoeken in de opstelling
Van den luchtwaarnemer.
De verschillen van zijn positie met die van den grondwaar
nemer zijn, uit een oogpunt van optiek beschouwt, tweeërlei.
cl. De luchtwaarnemer beschouwt het object in ongeveer ver-
ticale richting, de grondwaarnemer doet dit in ongeveer horizontale
richting.
u tRe 'uc'1^waarnemer is bijna altijd op grooten afstand van
het object geplaatst de grondwaarnemer daarentegen zal zich
vrijwel steeds nabij het voorwerp moeten bevinden om het te
kunnen zieniets dat in sterke mate geldt voor ingravingen en
kleine verheffingen.
Deze essentieele verschillen in waarnemingsrichting en afstand
in het oog houdende, zal men de optische verschijnselen, die
daar het allereerst de bedoeling was om zekere regels voor het
aanleggen van camouflages af te leiden in het ondervolgende
niet geheel systematisch verwerkt zijn, althans voor wat het
grootste gedeelte van de behandelde stof betreft in twee groepen
kunnen verdeelenF
1. De verschijnselen, die het gevolg zijn van het verschil in
de hoeveelheid rechtstreeks teruggekaatst licht, die door het
oog (het fotografietoestel) van lucht- en grondwaarnemer van
ongeveer horizontaal liggende voorwerpen wordt opgevangen.
Bij de verticale waarneming is de indruk van het in opwaartsche
richting teruggekaatste licht n. 1. veel sterker dan bij de hori
zontale waarneming.
2 De verschijnselen, die worden veroorzaakt door de verschil
lende indrukken welke schaduwen maken, al naar mate men op
geringen of op grooten afstand is geplaatst.
Onder camouflage (als concreet begrip opgevat) verstaat men
veelal, zooals bekend zal zijn, alleen het onherkenbaar maken
van voorwerpenmaskeeren beoogt het onzichtbaar maken van
voorwerpen en streeft dus oogenschijnlijk een geheel ander
doel na -- daar echter de gebruikte maskers meestal als zoo
danig onherkenbaar moeten worden gemaakt, gaan de beide
begrippen in elkaar over.
De beeldindruk, dien het oog ontvangt van een voorwerp,
wordt gevormd door het waarnemen van den vorm en de kleur
fotografie legt den vorm vast; kleurindrukken worden weliswaar
slechts bij benadering weergegeven door een nuanceering van
grijs, maar toch is het door het bezigen van bepaalde technische
hulpmiddelen mogelijk, om een sterkere differentieëring in de
weergave van kleuren en tinten op het gefotografeerde beeld te
voorschijn te roepen, dan door het oog in het terrein kan worden
waargenomen.
107
VORM EN KLEUR.
