183
inundatie-werkzaamheden met burgerlijke besturen, ambtenaren en parti
culieren; de indeeling en het gebruik van arbeiderskorpsen.
In permanente stellingen is sectie V mede belast met het doen uitvoeren
van alle pionier- en geniewerkzaamheden, in den meest uitgebreiden zin,
waartoe deze sectie in verschillende bureaux kan zijn onderverdeeld.
18. Sectie VI behandelt: in samenwerking met sectie I: alle verkeers-
aangelegenheden; de aanvragen voor troepenvervoeren; de regeling van
vervoeren met ter beschikking van den betrokken commandant gestelde
vervoermiddelen; de verkeersregeling; de verkeerspolitie; den afvoer van
krijgsgevangenen en buit; den motordienst.
19. Sectie VII behandelt: de administratie en de verpleging van het
hoofd- of stafkwartier.
Aan het hoofd van de sectie staat een officier der militaire administratie,
tevens verplegingsofficier.
20. Sectie VIII behandelt: alle aangelegenheden op de rechtspleging
betrekking hebbende.
Aan het hoofd van deze secti'e staat een auditeur-militair.
21. De dienst der geestelijke verzorging. Als hoofden van den dienst
der geestelijke verzorging treden op: voor de protestanten de oudste veld
prediker; voor de katholieken de oudste aalmoezenier.
Zij handelen naar de instructies vastgesteld door den leger- en vloot-
predikant in algemeenen dienst, onderscheidenlijk den Hoofdaalmoezenier
voor leger en vloot.
24. De militaire politiedienst. Voor den commandant der politietroepen
wordt door het hoofd van sectie I een instructie ontworpen, welke door den
chef van den staf wordt vastgesteld.
25. De verlichtingsdienst. In stellingen, fronten en luchtverdedigings
kringen kan een hoofd van den verlichtingsdienst worden ingedeeld. Hij,
regelt en houdt het toezicht op den technischen verlichtingsdienst, dien
van het electrisch net inbegrepen en behandelt onderhoud en aanvulling
van het materieel. In stellingen en fronten worden de aanvragen voor aan
vulling aan het hoofd van sectie V gericht.
26. De motordienst. Als hoofd van den motordienst treedt op een bij
den staf ingedeelden officier-technisch-opzichter van den motordienst.
Het hoofd van den motordienst is belast met het toezicht op en het in
stand- en in bedrijf houden van dien dienst.
27. Indien bij een hoofd- (staf-) kwartier een troependetachement is
ingedeeld, behooren hiertoe de stafwacht, de ordonnansen en de korpstrein;
het personeel van het hoofd- of stafkwartier beneden den rang van officier
is er bij in onderhoud.
De tot het hoofd- of stafkwartier behoorende officieren zijn bij het
troependetachement in betaling.
De commandant van het troependetachement staat rechtstreeks onder
den chef van den staf en ontvangt van dezen de noodige aanwijzingen
voor de uitoefening van zijn dienst.
Hij regelt de onderbrenging van het hoofd- of stafkwartier.
Hij neemt, in overleg met den kantonnementscommandant, de noodige
maatregelen voor bewaking en beveiliging (ook tegen aanvallen uit de
lucht), regeling van het verkeer en politiedienst in het kantonnement of
gedeelte van het kantonnement aan het hoofd- of stafkwartier toegewezen.
Legert het hoofd- of stafkwarti'er afzonderlijk, dan treedt hij op als kan
tonnementscommandant.
Hij zorgt, dat de plaats van het hoofd- of stafkwartier steeds op de
voorgeschrevene wijze wordt aangedui'd.
Hij zorgt voor een behoorlijke bewaking van de gebouwen, waarin de
bureaux zijn gevestigd, door posten en plantons, te geven door de staf-
wacht. Deze beletten aan onbevoegden den toegang en verwijzen officieren,