Het aantal door de Moslemin te ondernemen klewangaanval-
len moet tot het uiterste minimum beperkt worden. Dit is nood
zakelijk voor het behoud van het moreel van den troep.
Het is een niet te ontkennen feit, dat in deze periode het soldaat
zijn een onzeker bestaan vormt. Van eiken troep, die uitrukt,
vraagt men zich in stilte af Wanneer komt hij weer thuis en wie
zullen dan tot de gesneuvelden en gewonden behooren
De troep geraakt inderdaad onder den indruk van dezen tijd
opgewektheid is verre te zoeken thuis bepraat men de kansen van
die en die brigade. Menschen met een immer vroolijk en opgewekt
humeur zijn goud waard tijdelijk sleepen zij hun naaste omgeving
mee, doch de onzekerheid, die angst inboezemt, doet een krach-
tigen invloed gelden.
De verzetspartij daarentegen draagt den schijn van een hoog
moreel te hebben. Geraakt een brigade in een klewangaanval en
heeft zij verliezen te betreuren, dan moet zij naar het bivak terug
om hare dooden en gewonden te dekken. Bij eene patrouille van
meerdere brigades hangt het van het aantal dooden en gewonden
af, hoe groot de daarbij ingedeelde dekking moet zijn, om deze
veilig thuis te brengen.
Het terrein van actie wordt door ons hoewel alleen uit nood
zaak verlaten de tegenpartij is meester van dit terrein gebleven
en gaat hier niet weinig prat op. Zij geeft hieraan uiting door bijv.
aan de bevolking wijs te maken, dat de kompeuni na den aanval
voor haar gevlucht is. Soms wordt den bivakcommandant een in
brutalen toon gestelden brief toegezonden, waarin dezen wordt
aangeraden om met een groote troepenmacht uit te rukken of
anders thuis te blijven, omdat de moslemin van plan is de kompeuni
met man aan te vallen, a.a. (Het aantal in zulk een brief
genoemde vijanden is zeer overdreven om op het juiste aantal
te komen kan dit opgegeven aantal gevoegelijk door 2 of 3 worden
gedeeld).
Dergelijke brieven worden door een kampongbewoner aan het
bivak gebracht. We behoeven ons daarom niet wijs te maken, dat
zulke brieven voor den troep geheim zullen blijven de bezorger
is zelf op de hoogte van den inhoud en deelt hiervan natuurlijk
het een en ander aan den wachtcommandant of wachtdoenden
mede.
Ontegenzeggelijk werken zulke brieven ook in op het moreel van
den troep. De soldaten zien den toestand donker in zij hebben
hierbij hun hoop op den commandant gevestigd. Is ook dezen de
toestand hopeloos toegeschenen, dan kan men zich voorstellen,
hoe zich het een en ander demonstreeren zal.
Voor een ervaren Atjeh-officier is deze toestand echter volkomen
helder en begrijpelijk. Hij weet, dat de Atjeher zijn kracht in deze
beginperiode zoekt in het intimideeren, zoowel van de kompeuni
als de bevolking.
244