Onmiddellijk was een krachtig optreden geboden en werd een beroep gedaan op den steun der Marechaussee. Behalve de 3 brigades Infanterie te Kandang gelegerd, werden naar Troemon gedirigeerd 3 brigades Marechaussee van de 5e divisie (Lho Soekon) 3 4e (Lam Meulo) ageerende in de Wojla-streek (Meulaboh). 7 Maart d.a.v. waren deze troepen onder den Kapitein L. .4. Snell aangekomen en werd de actie dadelijk krachtig ingezet. De eerste ontmoeting had reeds den volgenden dag plaats. Op bericht werd 7 Maart de le Luitenant A. K. van Heerde met 2 brigades Marechaussee en één brigade Infanterie naar Bo ven Bakongan gezonden. In een linkerzijrivier van de Kroeëng Bakongan (de Aloeë Laton) werden sporen van de bende aan getroffen die goed gevolgd werden. Te ongeveer 10 u v.rn. stootte men op den vijand, die blijkbar gemerkt had, dat hij gevolgd werd en een stelling had ingenomen aan de overzijde van de diep ingesneden A. Laton, van waaruit hij de patrouille onder hevig vuur nam. De patrouille-commandant werd reeds dadelijk gewond door een schot in de knie, wist nog twee brigades in stelling te bren gen tegen den vurenden vijand. Zijn bevel tot attaqueeren kon blijkbaar door het diep ingesneden ravijn niet opgevolgd worden, terwijl zijn verwonding een verdere leiding onmogelijk maakte. Nu was het een eenvoudig soldaat de Menadoneesch Mare chaussee le klasse Kaligis No. 79026, die het initiatief nam tot omtrekking en besluiping van 's vijands rechtervleugel. Op zijn aandringen volgden hem de Menadoneesch sergeant 2e kl. Saron- song No. 77524 en de Menadoneesch Marechaussee le klasse Mandoling No. 1943. Terugkruipende werd op een geschikt punt de A. Laton over gestoken. Bij deze omtrekkende beweging sneuvelde Mandoling, die zich te vroeg vertoonde. De beide anderen wisten ongezien 's vijands rechtervleugel te naderen tot op 10 M., openden het vuur en brachten schrik en onsteitenis bij den volkomen verrasten vijand, die afdeinsde en het hazenpad koos. 6 vijanden werden door het kranige tweetal neergelegd en 5 dei- verloren gegane karabijnen in triomf mede teruggebracht. Een week na de overvalling op 1 Maart werd den vijand dus reeds een gevoelige klap toegebracht, die spoedig gevolgd zou 327 Dit gevecht wordt ook beschreven in het Voorbeeldenboek V P T L No. 124.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1930 | | pagina 53