1. EEN WOORD TOT ONS KORPS MARECHAUSSEE. Met de verschijning van dit nummer biedt de redactie het korps marechaussee hare gelukwenschen aan ter gelegenheid van zijn veertig jarig jubileum en in het bijzonder metdehooge Koninklijke onderscheiding, welke het ten deel mocht vallen. Waar in de hierna volgende bijdragen voornamelijk mare chaussee- en oud-marechaussee-officieren, alsmede enkelen, die in nauw contact kwamen met het korps marechaussee, aan het woord zijn, past der Redactie niet dan een bescheiden woord. Toen de Redactie zich wendde tot verschillende h. 1.1. vertoe vende marechaussee- en oud-marechaussee-officieren en enkele anderen, om te willen medewerken aan een I. M. T.-marechaus see nummer, mocht zij velen daartoe bereid vinden. Kan het anders Neenzullen mogelijk de lezers zeggenEn toch voelt de redactie zich genoopt hier een woord van erkentelijkheid te rich ten tot die medewerkers. Lang niet altijd zijn de makers der krijgsgeschiedenis, en de genen, die de krijgsdaden te boek stellen de zelfden. En dit is zoo begrijpelijk, waar veelal woorden en zinnen, ook al zijn ze voorbeeldig geschreven, niet juist kunnen uitbeelden wat beleefd en ervaren is. Het is mogelijk om een getrouwe weergave te geven van een gebeurtenis in een patrouilleverslag, een gevechtsrapport, maar juist de schrijver zelf zal bij het nalezen ervan dikwerf moeten constateeren wat er staat is juist en waar, maar de werkelijk heid was toch anders en die werkelijkheid is niet bevredigend in beeld te brengen, omdat datgene wat heeft geleefd in het innerlijk van de commandanten, hunne ondercommandanten en hunne manschappen niet of slechts op onvolkomen wijze is te boekstaven. En daarmede sluipt de neiging tot niet publiceeren binnen. Wat doorleefd wordt in moeilijke momenten, wat ervaren is ge durende inspannende dagen-, weken-ja maandenlange patrouilles, rijk aan teleurstelling, onder bedreiging ontmoedigd te worden, moet niet dan zeer onvolkomen op schrift zijn te stellen. Veel, misschien wel het allerbelangrijkste en het schoonste, zal daardoor ongeschreven zijn gebleven. 283

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1930 | | pagina 5