„Dan maar met de Marechaussee en het 14e Bat. Inf. alleen.
De kapitein der Mar. die ouder is dan de beide kapiteins van
het 14e Bat. Inf., commandant van de colonne''.
En zoo verliet de Mar.-comm. den Generaal, ontving vervolgens
nog eenige aanwijzingen van den Chef van den Staf omtrent de
mede te voeren dwangarbeiders, de ambulance, de munitie en
betreffende den officier van gezondheid, die met hospitaalper-
soneel den tocht moest vergezellen.
In de kazerne der Marechaussee was het stil. De manschappen,
ofschoon reeds gekleed en omhangen, hielden zich bedaard in
de chambrées; de vrouwen en kinderen zaten in groepjes in de
galerijen voor de kamers.
Bij het Korps toch werd streng de hand gehouden aan de
bepaling dat ieder aantreden moest geschieden zonder de minste
drukte en vooral zonder geroep, geschreeuw, gedraaf en gecom-
mandeer, zooals men dat bij ons Leger maar al te veel in de
kazernes gewoon is.
Op een fluitsignaal van den sergeant-majoor kwamen de
(Europ brigadecommandanten te voorschijn en schaarden zich
met de luitenants om den commandant. Zij ontvingen toen van
dezen de noodige uitleggingen op de kaart omtrent het doel
van den tocht en de sterkte en positie des vijands. Hun werd
voorts medegedeeld: het algemeene plan van het gevecht, den
te volgen weg, de plaats van den commandant in de colonne,
idem van den trein en van het aantal tandoe's waarover te be
schikken viel, de rangorde der brigades in de colonne en een
opgave van de reservemunitie.
Alle deze gegevens moesten zij, ieder voor zich, noteeren en
beurtelings voorlezen, opdat er geen vergissingen konden voor
komen. Vervolgens kregen zij 15 min. tijd om dat alles aan de
manschappen hunner brigades over te vertellen en duidelijk te
maken.
Nadat die 15 min. verstreken waren klonk het bijzondere fluitje
van den commandant en zonder gedruisch traden de 8 brigades
op hunne standplaatsen en werden door de luitenants vluchtig
geïnspecteerd.
De commandant sprak de verzamelden toen ongeveer als volgt
toe:
„Gij weet nu waarvoor wij heden uitrukken. Wij moeten onze
kameraden in de blokhuizen ontzetten en den mitrailleur met
de munitie terugbrengen De weg zal voeren over open terrein,
omdat er Infanterie medegaat; aan weerszijden van den weg
heeft de vijand post gevat en zich verschanst. Hij is in veel
grooter getale dan wij heden kunnen zijn Maar gijlieden kent
mijn vechtwijze en weet dat de vijand daarvoor bang is. Ik
360