Bergen telegrammen waren inmiddels binnengekomen waar
onder een persoonlijk telegram van Hare Majesteit de Koningin,
luidende
„Aan het Korps Marechaussee"
„Ontvangt allen de meest oprechte gelukwenschen op dezen
„belangrijken herdenkingsdag. Het is mij een voorrecht Uw
„vaandel te kunnen decoreeren met de Willems Orde, symbool
"van de uitmuntende daden waardoor het korps uitblinkt. Dank
baar gedenk ik de steeds betoonde plichtsbetrachting en krijgs-
„mansdeugden en houd mij overtuigd, dat gij de eer van het
„vaandel steeds hoog zult houden".
w. g. Wilhelmina.
Nadat de geestdriftige toejuichingen die op het voorlezen van
dit telegram volgden eenigszins waren bedaard werd het Wil
helmus ingezet, dat door alle aanwezigen uit volle borst werd
medegezongen en waarop een driewerf hoera volgde.
Majoor Engles verzond onmiddellijk daarop het volgende
antwoord
„Aan Hare Majesteit de Koningin."
„Het korps Marechaussee biedt Hare Majesteit zijn meest
„eerbiedigen dank aan voor de gelukwenschen met dezen
„dag en de bijzondere onderscheiding die Uwe Majesteit aan
^het vaandel heeft willen hechten. Het korps Marechaussee
bal waken dat de eer van het vaandel steeds hoog wordt
„gehouden en zich de onderscheiding waardig zij en steeds
„waardig blijve."
Majoor Engles.
Daarna huldigde de kapitein van den Generalen Staf P. A. Cox
het korps namens het hoofd van den Generalen staf en alle
officieren van dit dienstvak, de kolonel Snell het korps namens
de Java-deputatie, de Heer Boon namens de B. P. M., de Heer
van Rossum namens de Deli Plantersvereeniging en de Avros,
waarbij deze spreker aan den kolonel Rijnders het officieele
schrijven van genoemde vereenigingen overreikte, waarbij werd
aangeboden om voor rekening dier vereenigingen over te gaan
tot de oprichting van een centraal monument op of voor het
kerkhof Peutjoet, symbool van alle daar aanwezige graven der
gesneuvelde wapenbroeders Met enkele hartelijke woorden aan
vaardde kolonel Rijnders dit sympathieke geschenk. Achtereen
volgens werd nog het woord gevoerd door den commandant van
de K 4, de Luitenant ter Zee le klasse A. S. Pinke, den Heer
Koster namens de Officierenvereeniging ter Sumatra's Oostkust,,
namens „Onze Vloot" en namens de Vaderlandsche Club, den
Heer Keijzer namens het I. E. V. en door den vertegenwoordiger
van O. A. B.
426