algemeen over „binnenraam" gesproken. Deze binnenramen zijn
meestal plat, breed en niet veerend. Bij het masker A., zou men
instede van „binnenraam", beter over „binnenrand" kunnen
spreken).
In het maskerdoek zijn op vijf plaatsen losse oplegstukken
gevulcaniseerd, waaraan de schuifgespen voor het bandenstel
zijn vastgenaaid.
Op de plaats waar het mondstuk in het gelaatstuk bevestigd
wordt, is in het rubber een breede groef gevulcaniseerd, die
correspondeert met de groef in het metalen mondstuk en waarin
de wurging wordt gelegd.
b. De oogglasconstructie. (Zie schets 1
Op de plaatsen, waar de oogglasvattingen in het maskerdoek
worden aangebracht, zijn, als wapening, inwendig (tusschen het
rubber en dus niet zichtbaar) twee ronde, haaks omgebogen
metalen ringen geconstrueerd.
Deze metalen ringen (a) echter zijn niet tusschen het gewone
maskerdoek ingebet, doch omgeven door een speciaal soort rub
ber, dat na de vulcanisatie zeer hard (eboniet) wordt (het gear
ceerde gedeelte in schets), terwijl daarentegen het overige rubber
van het gelaatstuk na de vulcanisatie zacht en soepel blijft. Het
aanbrengen van een harde ebonieten rand om de metalen bin
nenringen heeft niet zco zeer ten doel de oogglasvattingen de
noodige sterkte te geven (want daar zijn de metalen binnenringen
voor aanwezig), doch om aan de binnenzijde van de oogglasvat-
ting in het harde eboniet een schroefdraad aan te kunnen bren
gen, die voor het stevig vastdraaien van het oogglas noodig is.
De oogglasvatting bestaat dus uit een met een metalen ring.
gewapend hardrubbergedeelte, terwijl de geheele binnenrand 10
mm. dik) van de oogglasvatting van een schroefdraad voorzien
is. De voorzijde van de oogglasvatting bestaat uit een 5 mm.
breeden harden (ebonieten) rand, waarop het oogglas rust. Voor
een goede gasdichte afsluiting tusschen laatstgenoemden rand en
oogglas (hard op hard geeft geen goede gasdichte afsluiting) is
het noodzakelijk tusschen beide laatstgenoemde een zachte rub
bering (b), die als pakking dienst doet, aan te brengen. Het
oogglas moet nu op den lossen pakkingring aangedrukt kunnen
worden. Hiervoor is een losse, ebonieten sluitring (c), ongeveer
5 mm. hoog (zie schets) voorzien van een uitwendigen schroef
draad, geconstrueerd, die in den inwendigen schroefdraad van de
oogglasvatting past. Door nu dezen ring aan te draaien, hetgeen
met behulp van een speciaal daarvoor vervaardigd stukje ijzer,
dat in de daarvoor aangebrachte inkeepingen aan de bovenzijde
van den ebonieten ring past, geschiedt, kan het oogglas aangedrukt
worden.
De oogglazen zijn vervaardigd van triplex glas en blijven bij
breken of barsten gasdicht.
448