607 8. BOEKBESPREKING. We mochten ter aankondiging ontvangen van den uitgever: De nieuwe kaar tv uur meter zw. mitr. M' 08 van 7.9 systeem Kapitein W. F. Bakhuis. Deze grafische voorstelling van schiettechnische gegevens werd door den schrijver reeds eerder besproken en wel in het Octobernummer '27 van Mavors, naar aanleiding waarvan de overzichtschrijver in het I. M. T. reeds de verwachting uitsprak, dat een dergelijk hulpmiddel ook voor ons wel van waarde zou kunnen zijn. Thans wordt de kaartvuurmeter voor den mitrailleur kal. 7.9 in een geschriftje uitvoerig besproken. De kaartvuurmeter is een op doorschijnend materiaal gedrukte grafische voorstelling welke op een kaart van 1 25000 gelegd gelegenheid biedt om uitgaande van de plaats van den mitrailleur c.q. van het doel of(en) de plaats van de eigen troepen, alles af te lezen wat een instructeur of vuurleider van noode heeft om zijn taak of opdracht goed te vervullen. Zoo leest men er op af als de plaats van den mitrailleur en van het doel bekend zijn: den afstand, den gewenschten schoots- hoek, het aantal %0 dat het wapen op of neer moet worden gedraaid om tot op 10 M. nauwkeurig te richten, de plaats waar de kortste kogelbaan 7 M. boven den grond is gekomen en waar dus nog over eigen troepen kan wor den gevuurd, de grootte van de 82% dieptespreiding voor het normale wapen, terwijl de gegevens mede kunnen worden afgelezen wanneer het wapen 5, 10 of 15 %0 speling heeft. Kortom de kaartvuurmeter is een waarde vol hulpmiddel vooral ook bij oefeningen op de kaart om de deelnemers op eenvoudige wijze in te lichten omtrent de vuurmogelijkheden. We kunnen vooral onze mitrailleurofficieren het werkje waarbij de kaartvuurmeter be hoort, wel aanbevelen, zij het dan dat de kaartvuurmeter niet in ongewijzigden vorm voor onzen mitrailleur te bezigen is. Het is evenwel een goed voorbeeld. Vermelding verdient dat op den kaartvuurmeter nog een sector is aangebracht, waarin stralen, begon en ruitjes voorkomen, een en ander om bij het ontbinden van een wind, waarvan sterkte in M./sec. en hoek in %o °P de schootsrichting bekend zijn, te worden geraadpleegd. Het werkje bevat eenige voorbeelden voor het gebruik. In geaccidenteerd terrein komt men uiteraard voor eenige moeilijkheden te staan. Tactisch-Applicatorische studiëndoor Jhr. J. H. Alting von Geusau, Majoor der Artillerie/Tweede deel! De aanval. Uitgevers: de gebroeders van Cleef te 's Gravenhage. Aangemoedigd door het gunstig onthaal, hetwelk Deel I mocht ondervinden is schrijver ertoe overgegaan dit tweede deeltje, steunend op de inmiddels verschenen Gevechtshandleiding deel II voor het Nederlandsche leger, samen te stellen. Doordat wij niet over het betrokken kaartblad beschikken is het bezwaarlijk van deze studie een volledige beoordeeling te geven. Toch meenen we het werkje wel te mogen aanbevelen mits men bij bestelling tevens om toezending van de kaart verzoekt. Uiteraard steunt het werkje op Hollandsche voorschriften en Hollandsche terreinomstandigheden. Niettemin biedt het ook voor ons leering b. v. voor wat betreft een vlotte bevelsuitgifte. Schrijver geeft de bevelen voor een divisiegroep en de daaruit voortvloeiende bevelen voor de luchtstrijdkrachten, voor luchtdoelbestrijdings middelen, voor de verbindingen, divisie- en regimentsbevelen, en bevelen voor de Artillerie. Ons tot een enkele greep bepalende noemen we het gebruik van de pion- n'ers waarbij schrijver er de aandacht op vestigt, dat bij eventueele inci denten (brugvernieling) het zaak is, dat deze tijdig vooruit worden gezonden om het tijdsverlies zoo gering mogelijk te doen zijn. Deze opmerking roept ons het gebruik van de genietroepen tijdens de groote manoeuvres in 1929 in het geheugen. Ook geeft de schrijver het moment aan waarop, v w. b. de artillerie, de tijd aanbreekt om tot decentralisatie in de bevelvoering (het stellen van divisie-artillerie onder de bevelen van de regiments-commandanten der infanterie) over te gaan.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1930 | | pagina 101