611
een van de belangrijkste bewapeningsproblemen zijn, waarom hier wat dieper
op deze kwestie zal worden ingegaan".
Daar de Deensche overste Jessen het vraagstuk hoofdzakelijk voor de
Madsenwapenen en uit een tactisch oogpunt heeft beschouwd in zijn bekende
publicaties, welke in Heerestechnik werden besproken door koionel von Meerkatz,
wil schr. hier een andere constructie behandelen, nl. den „Rückstoszfanger van
Ottomansky, welke in Praag wordt gebouwd.
Teneinde een oordeel te vormen over de resultaten daarmee behaald, nemen
we de volgende tabel over
50% spreiding in cm. bij automatisch vuur op 300 m. afstand:
hoogte
breedte
zware mitrailleur Maxim
22
18
Schwarzlose
23
18
Hotchkiss
25
42
Vickers
37
47
Colt
50
42
lichte mitrailleur Furrer met voor- en achtersteun
14
23
Z B. 26
75
55
lichte mitrailleur op lichte affuit
Madsen op lichte affuit
21
22
Furrer op „Rückstoszfanger"
15
21
Z B. 26 op idem
18
22
Bij vuur met vuurstooten op 100 pas afstand was de spreiding als volgt
voor den lichten mitrailleur Z. B. 26
„Rückstoszfanger"
buiten werking
hoogtespreiding
breedtespreiding
39
14
21
13
idem
in werking
Wordt de Z B. 26 vast opgesteld op de affuit van den Schwarzlose-mitrail-
leur, dan bedraagt de hoogtespreiding 56 cm. en de breedtespreiding 26 cm.
In het slot van het artikel in No. 2 (Februari) lezen we o a. dat de kaliber-
vergrooting der zware mitrailleurs slechts dan een werkelijk voordeel zou
brengen, wanneer de zware mitrailleurs geschikt gemaakt zouden kunnen
worden voor het beschieten van vliegtuigen. Volgens tot nu toe gehouden
proeven echter heeft het den schijn alsof hierbij een projectielgewicht van
minsten 50 gram noodzakelijk is, ook dan, wanneer het een spring- of brand-
projectiel betreft. Een mitrailleur met een dergelijke zware munitie zou echter
óók als wapen zoo zwaar worden, dat hij als infanteriemitrailleur zijn op
drachten tegen gronddoelen niet meer zou kunnen vervullen.
Tactisch gebruik van zware mitrailleurs.
All. Schweizerische Militarzeitung. No. 1. Januari 1930. „Gedartken über
die Verwendung des M. G. im Kampfe
Schr. concludeert o. a. dat de mitrailleur tegen levende doelen tot aan zijn
drachtgrens met succes kan worden gebruikt, wanneer de bodemvorm of
bedekking zulks niet belet Het daardoor mogelijke, veelzijdig gebruik zal
bij staten met beperkte middelen daartoe voeren, dat aan de deugdelijkheid
van het materieel bijzondere aandacht wordt besteed, opdat de levensduur van
het wapen de wanverhouding, welke bestaat in de aantallen van de eigen
mitrailleurs en die van den met mitrailleurs bewapenden tegenstander, zal
verbeteren Op tactisch gebied worden geen nieuwe gezichtspunten geopend.