Nederland.
Voor Nederland is de bevoegdheid tot het bezigen van machts
middelen af te leiden uit twee artikelen van de Grondwet 1922, n.l.
art. 152 Onteigening ten algemeenen nutte kan niet plaats heb
ben dan na voorafgaande verklaring bij de wet, dat het
algemeen nut onteigening vordert en tegen vooraf ge
noten of vooraf verzekerde schadeloosstelling, een en
ander volgens de voorschriften der wet.
De wet bepaalt de gevallen in welke de voorafgaande
verklaring bij de wet niet wordt vereischt.
Het vereischte, dat de verschuldigde schadeloosstelling
vooraf betaald of verzekerd zij, geldt niet, wanneer oor
log, oorlogsgevaar, oproer, brand of watersnood eene on
verwijlde inbezitneming vordert.
en
art. 188 Al de kosten voor de legers van het Rijk worden uit
's Rijks kas voldaan.
De inkwartieringen en onderhoud van het krijgsvolk,
de transporten en de leverantiën van welken aard ook
voor de legers of verdedigingswerken van het Rijk ge
vorderd, kunnen niet dan volgens algemeene regels bij
de wet te stellen en tegen schadeloosstelling ten laste
van een of meer inwoners of gemeenten worden gebracht.
De uitzonderingen op die algemeene regels voor het
geval van oorlog, oorlogsgevaar of andere buitengewone
omstandigheden worden bij de wet vastgesteld.
Of er oorlogsgevaar in den zin, waarin dat woord in
's Lands wetten voorkomt, aanwezig is, beslist de Koning.
Het eerste artikel heeft geleid tot de z. g. Onteigeningswet van
1851, laatstelijk opgenomen in N. S. 1922-25, terwijl naar aan
leiding van het tweede artikel is vastgesteld de wet van 14
September 1865, N. S. 138, ter uitvoering waarvan is uitgevaar
digd het Kon. Besluit van 10 November 1892, N. S. 253.
Wet en besluit worden onderscheidenlijk „Inkwartieringswet"
en „Inkwartieringsbesluit" genoemd, namen, die den inhoud
dezer verordeningen lang niet volledig dekken, aangezien deze
van veel verdere strekking is. De naam „Vorderingswet" zou
zeker verkieslijker zijn geweest, temeer, waar inkwartieringen op
zichzelf ook tot de „vorderingen" behooren.
Aangezien de in de Inkwartieringswet voorkomende bepalingen
ook in het Ned. Velddienstvoorschrift van 1925 zijn verwerkt,
zal eerst worden besproken op welke wijze in deze wet de
bijzondere in oorlogstijd geldende bevoegdheden zijn geregeld.
Daartoe wordt de tekst van enkele der hierop betrekking
hebbende artikelen hieronder weergegeven.
520