6. DE ARTILLERIE CONSTRUCTIE WERKPLAATSEN
TE
BANDOENG.
door
Ir. P. A. DE BLIECK.
Kapitein der Artillerie w.i.
(Vervolg. Zie. I.M.T. 1929 Nos. 10, 11, 12. 1930 Nos. 2, 3, 5).
D. Het personeel, de leiding, de werkplaatsadministratie, de
bedrijfsboekhouding en de economie van het bedrijf.
Het totaal aantal inheemsche werkkrachten aan den A.C.W. be
draagt ongeveer 800, de sjouwerlieden medegerekend.
Het onmidddellijke toezicht in de werkplaatsen wordt uitgeoe
fend door de Opzieners, bijgestaan door inheemsche mandoers.
De zadelmakerij wordt bediend door twee Opzieners, waarvan
één de functie van Hoofd-opziener vervult, terwijl de andere aan
dezen is toegevoegd en belast is met de machinale lederbewerking.
In die werkplaatsen waar geen Hoofd-opziener het bewind
voert, wordt de controle uitgeoefend door Opzieners le klasse.
Het werk van Hoofd-opziener en Opziener le klasse is dus
geheel gelijk, doch deze titulatuur is ingevoerd, in verband met
de plaatsing in de salarisschaal.
Aan het hoofd van den A.C.W. staat een Directeur (Hoofd)
met den rang van kapitein, majoor of luitenant-kolonel die onder
zijne bevelen heeft de verschillende Bedrijfsleiders. Het Hoofd
staat onmiddellijk onder een Inspecteur van het Wapen der Artil
lerie.
587
Als eerste directeur trad op de Majoor, later Luitenant-KolonelC. O. van
DEUTSCH, van 1851 tot October 1854, daarna de Luitenant-Kolonel P. F.
FREEDE, van October 1854 tot Mei 1860, opgevolgd door den Luitenant-
Kolonel J.L. LINDWURM van 15 Augustus 1861 tot 31 Mei 1864, van 3
Juni 1864 tot Met 1866 Luit. Kol. J. C. E. de MOL van OTTERLOO, van 22
December 1866 tot Mei 1869 de Majoor W. WOUTERSZ, van Mei 1869-
Juni 1871 de Luit. Kol. H. O. BOUMEESTER, van Juni 1871-December 1877
de Luit. Kol. A. HAGA, van December 1877-April 1880 de Luit. Kol. D. de
GRAAFF, van April 1880-Juni 1883 de Majoor J. E. B1LJARDT, van Juni
1883-Augustus 1885, de Luit. Kol. C. M. GUDE, van Augustus 1885-Juli
1889 de Luit. Kol. J. H. WAGENER, van Juli 1889-Juli 1894 de Luit. Kol.
D. TWISS, van Juli 1894-October 1897 de Luit. Kol. G. A. KUSKY, van