hierop met een volmondig„Ja". Voor de bedrijfsleiders is een technische opleiding zeer zeker gebiedend, voor directeur van een der Artie, inrichtingen niet onmiddellijk noodzakelijk, doch zeer gewenscht. Mijne opvattingen over het inrichten en leiden van een bedrijf in het algemeen en de daaruit voortvloeiende economische opzet en leiding, blijken uit het volgende. Gelukkig wordt sinds eenige jaren aan de werktuigbouwkun dige studenten gelegenheid gegeven de college's te volgen in de economische bedrijfsleer. Deze college's werden voor de te Delft studeerende officieren verplichtend gesteld. Een opdracht die alle lof verdient Deze colleges behooren tot de meest aangename en vormen een grond slag voor verdere studie in deze materie. Welke eischen moet men nu aan een bedrijf stellen, wil de productie zoo hoog mogelijk zijn, zonder de economie te ver- waarloozen? Waar een bedrijf is gevestigd wordt arbeid verricht. Arbeid is technisch gedacht de verplaatsing van grondstoffen, in tegenstel ling met de filosofische opvatting, waarbij arbeid een gewilde handeling aanduidt. Inspanning wordt hierbij onmiddellijk als iets onaangenaams gevoeld. 1 De grondwaarheid welke hierbij naar voren treedt, isgeeft oon naar geëischten en dus verrichten arbeid, en tracht nooit *e veel te bezuinigen op de loonen, zoomin van het hooger technisch personeel, als van den sjouwerman (koeli) in de werk plaats toe. Want dan betaalt ge altijd te veel. Dit moge para doxaal klinken toch is het zoo. Als niet voldoende gepresteerd wordt, denkt men de productie op te voeren door personeelswisseling en uitbreiding. Dit laatste kan soms een noodzakelijkheid zijn, het eerste, de wisseling, kost u geld. Bedenkt dat elke personeelsverandering in een bedrijf geld kost. Deze uitgaven moeten worden gedragen door het bedrijf, zonder dat hiervoor eenige tegenwaarde wordt ont vangen. Deze personeelswisseling kan soms zeer groot zijn. Een groote Engelsche staalfabriek te Sheffield had een jaarverloop van 186 °/0, terwijl de Fordfabrieken vóór de invoering van het test systeem 416 wisseling hadden (nu 80 °/0>- Wanneer een bedrijf van de 100 in opleiding genomen werkkrachten er na verloop van eenigen tijd 75 moet ontslaan, wordt de onkostenrekening niet onbelangrijk belast. Is het bedrijf kapitaalkrachtig genoeg de onkosten aan groot verloop verbonden zonder meer te dragen, dan houdt zij alleen in haar dienst de bij uitstek bruikbare krachten, en kan trachten hiermede de geleden schade te her stellen. Een grove fout is het ook om in tijden van slapte, onmiddellijk tot ontslag over te gaan, waarbij een plotseling binnengekomen groote bestelling aanname van nieuwe werklieden noodig maakt. 596

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1930 | | pagina 90