Hij is er steeds op uit om de werkwijze te vereenvoudigen en moeilijke bewerkingen op eenvoudige wijze uit te voeren, terwijl bij den A. C. W. en bij elke Legerinrichting, met de universeele machines, hij de man is die de opzichters van raad en daad dient. Voor den gang van de werkzaamheden beschikt hij over opzieners, die in de werkplaats direct toezicht op den aanmaak houden. Ook hier geldtvertrouwen tusschen bedrijfsingenieur en op zichter, zoodat de laatste niet schroomt, fouten ter kennis van zijn bedrijfsleider te brengen, en hij niet tracht deze te verdon- kermanen. Waar gewerkt wordt, worden fouten gemaakt, aan den bedrijfs leider deze te voorkomen, althans tot een minimum te beperken. De commercieele zijde van een bedrijf openbaart zich in de binnengekomen orders. Waar in particuliere bedrijven handels belangen op den voorgrond staan is een breede kijk op transactie en wat daarmede verband houdt van het hoogste belang voor de leiders. Voor den A. C. W. staan de zaken eenigszins anders. Toch mag een en ander niet uit het oog worden verloren omdat b. v. in verband met werkschaarschte gepaard met de onmogelijk heid van het ontslaan van werklieden, het kan voorkomen, zeer veel prijs gesteld moet worden op orders van partikulieren. Teneinde de handelsbelangen zoo goed mogelijk te behartigen, moet de directie zich eigenen voor den omgang met menschen van allerlei slag. Mist iemand de noodige buigzaamheid, dan mag hij nooit een hooge leidende betrekking aanvaarden, of liever hier voor nooit in aanmerking worden gebracht. Het is dus vooral in de particuliere industrie dat naar het al of niet aanwezig zijn van genoemde eigenschappen, zeer streng moet worden ge keken. Zeer aardig is de uitlating, door Prof. Volmer te Delft, op een zijner colleges gebruikt, al is zij naar mijne meening welwatalte breed Een goed directeur kan best zijn krantje lezen en zijn sigaartje rooken op zijn kantoor. Hij oefent de controle uit door op ongeregelde tijden een klein <ieel van het bedrijf, hetzij in de fabriek, het magazijn, de boek houding, of elders minutieus te controleeren. Dit werkt preventief, want een ieder verwacht elk oogenblik dat het zijn beurt is om voor het voetlicht te komen, en allen zorgen dat hun zaken steeds in orde zijn. Het oog des meesters maakt het paard vet (artilleristen zullen dit zeker niet goed vinden), zoo is voortdurende controle in de fabriek noodzakelijk. Een directeur-generaal moet altijd tijd hebben voor alle mogelijke dingen. 602

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1930 | | pagina 96