716 9. BESPREKING ORGAAN N.l. O. V. MEI EN JUNINUMMER. Het Meinummer bevat de volgende bijdragen. Het verre oosten 1929 van W. I. Lucardie, behandelende den loop der gebeurtenissen in China. Een en ander omtrent Sumatra's Westkust op militair en politiek gebied. De Monroe leer waarin een beeld wordt gegeven van die leer, zooals zij in den beginne is geweest en zich later heeft ontwikkeld. Verder worden eemge voorbeelden besproken van gevallen waarin de Monroeleer toepassing heeft gevonden en worden diverse moeilijkheden welke de leer heeft afgeworpen belicht. Na er op gewezen te hebben dat het Volkenbondsverdrag en de Monroeleer eigenijk" parallel gaan in hunne doelstellingen, doch het convenant van den Volkenbond de geheele wereld en de Monroeleer regionaal en als beginsel exclusief is, besluit de schrijver met eenige conclusies ten aanzien van de betrekking tusschen de Monroeleer en het convenant van den Volkenbond. Ten slotte bevat het nummer het verslag van de laatste algemeene vergadering en verder vereenigingsnieuws. Het Juninummer biedt den lezer het vervolg van de bijdrage Het verre Oosten" thans Japan behandelend; het vervolg van het artikel: Een en ander omtrent Sumatra's Westkust op militair Politiek gebiedwaarin de positie van het leger na de communistische onlusten wordt behandeld, bij zonder treft daarin de volgende zinsnede: „Bij de jongste onlusten ter bw. K. is het duidelijk gebleken, dat men met het voorzichtige gesloten patrouilleeren ceen stap nader tot het doel kwam De aard van het verzet was er niet naar, de kwaadwilligen konden in deze dichtbevolkte streken veel te gemakkelijk de van verre gesignaleerde brigades ontwijken. Een andere tactiek was nood zakelijk. Al spoedig werd overgagaan tot een actie met patrouilles van 2 tot 5 man, die van een bepaald, tijdelijk ingericht, bivak uit zwermden en soms voor meerdere dagen buiten bleven. Doordat de com mandanten dezer patrouilles werden gekozen uit die militairen, die al lang ter kuste waren en door jacht e.a. op de hoogte waren van het terrein, konden de bivakcommandanten al spoedig beschikken over een aantal betrouwbare berichtgevers, hetgeen een snel verloop van de actie ten goede kwam Het artkel wordt zeer ter lezing aanbevolen. De kapitein van het Ned. leger P.A. Bange verhaalt van: De bezetting van Lille door de Duitschers en de ondergang van het 20ste Regiment lavers te Paard. Ten slotte een bijdrage: Jets over de in bezitneming van Nieuw Guinea ongeveer 100 jaar geledenvragen gesteld bij het toelatings examen H.K.S. (Intendance-studiën)verslag van de onlangs doorMen Gene raal majoor b.d. C.H.M.H. Kies gehouden lezing. Een en ander over de historische wording van de maatschappelijke en staatsrechtelijke verhoudingen in Ned. Indië. Overigens mogen we aandacht vragen voor de in het nummer opgenomen circulaire betreffende de oprichting van een onderling verzekeringsfonds voor paarden van officieren van met-bereden wapens. 10. MEDEDEELING. Met ingang van dit nummer zal het tijdschriften-overzicht geheel verzorgd worden door den kapitein van den generalen staf J.H. Uhl. Het zij de redactie vergund den majoor van den Generalen stat J.H. Gox, die gedurende eenige jaren een deel van de tijdschiiften besprak en dan ook van persoonlijke inzichten blijk gaf dank te brengen voor zijnen toegewijden arbeid.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1930 | | pagina 102