728 Infantery Journal.No. 2. Februari 1930. „Our uniform", majoor F. P. Avery. De ideale militaire blouse moet wijd om het lichaam zitten, ruim om de schouders en armen zijn voor onbelemmerde bewegingen, strak over de borst, de noodige ruimte laten voor de onderkleeding en vrije bewegingen Nog meerdere eischen worden opgenoemd, waarbij tevens wordt aanbevolen een patronenvest, gedragen over de blouse, waarin 50 a 70 patronen kunnen wor den medegevoerd en dat minder ongemak voor den soldaat oplevert dan welke andere wijze van meedragen der munitie ook, althans voor zoover den schr. bekend. Mil. wissenschaftlichte und technische Mitteilungen. Januari-Februari- „ummer 1930. „Wehrpolitische Ubersicht", kolonel E. Paschek. Het jaar 1929 bewoog zich militair-politiek om drie hoofdzaken a. Een Engelsch-Amerikaansche vrede, althans gedurende den eerstkomenden tijd. b De met de regeling der oorlogsschulden eindelijk verkregen Duitsche Sou- vêreiniteit. c. Het ltaliaansch-Fransch conflict met zijn niet te vermijden ge volgen voor Oost- en Midden-Europa. Hier moet ook nog vermeld worden dat het Russische vraagstuk niet verder komt". Het interessante artikel wordt ter lezing aanbevolen. In dezelfde aflevering geeft generaal von Nlierka in „China imjahre 1929" een overzicht van de gebeurtenissen in dat land op militair gebied. in het Maart-April-nummer „Kriegskunst und Heeresgebilde in der Vergan- genheit, Gegemvart und Zukunft. Ein Bild in Umrissen', majoor L. Drees. Een opstel over de geschiedenis der hoofdwapens op de slagvelden van bovengenoemde drie tijdperken. „Vroeger waren de hoofdwapens het voet volk de ruiterij, dan werden het de ruiterij en het voetvolk, later bij het 'uitgroeien der legers tot nieuwere formaties, zien we de infanterie en de cavalerie optreden en eerst langen tijd daarna voegde zich schuchter de artillerie als derde hoofdwapen daarbij. Met de zich van jaar tot jaar meer vervolmakende wapentechniek, wint de artillerie steeds meer in beteekems, terwijl daarentegen de hoofdzakelijk op den strijd met het blanke wapen aangewezen cavalerie zichtbaar aan terrein verliest." In dit verband wijst de schr. verder op de nieuwe hoofdwapens: luchtstrijdkrachten en vechtwagens. In dezelfde afleveringHinter den Kulissen aer englisch-amerikanischen Flottenparitat. Strategisches aus den Vereinigien Staaten", generaal v. Mierka. Dat Engeland's politiek trots alle fouten, welke zijn diplomatie ook gemaakt moge hebben, nog steeds de eigen belangen het beste diende, kan nauwelijks bestreden worden. Ce Euiopeesche staten kon men voor eigen wagen spannen, terwijl ze tegen elkaar werden opgezet, om eigen politieke, economische en koloniale doeleinden te bereiken, met „neef" over den oceaan kwam het er slechts op aan „Sich mit ihm verhalten." Met het binnentreden van Amerika in de sfeer der Europeesche oneenigheden, vlogen zijn Monroeleer en Enge land's „Two power standard" overboord. Mil Wochenblatt. No. 29. Februari 1930. Offizier und Ziviltragen' Fr' zijn genoeg gelegenheden waarbij de officier geen uniform dragen kan want ze behoort niet in iedere omgeving. We moeten echter overal, waar de uniform getoond kan worden, haar ook dragen. Men kome met met het helaas dikwijls gehoorde voorwendsel: „ja, maar de Engelschen dragen ook alleen maar in dienst uniform en buiten dienst burgerkleeding Moeten we dan steeds in alles het buitenland navolgen?" „Het spreekt van zelf dat ieder officier in het zuiver maatschappelijk verkeer, steeds de uniform draagt. Het mag niet voorkomen dat officieren bv. op bals of diners in een groot gezelschap in rok(!) verschijnen. Daarin ligt naar mijne meening een zekere geringschatting in voor den gastheer".

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1930 | | pagina 114