gaan, indien zou blijken, dat belangrijke vijandelijke strijdkrachten de Marne overtrokken. Merkwaardig is hierbij, dat voor het 2de Leger slechts tweeërlei werd overwogen den aanval voortzetten op den linkervleugel of het geheele Leger terug. Een tusschenweg, n.l. standhouden en op den rechtervleugel troepen samentrekken om zoo noodig daar tot den aanval over te gaan, schijnt niet in beschouwing genomen te zijn. Eveneens wekt verwondering, dat Overste Hentsch en Ge neraal von Bülow tot een overeenkomst kwamen, terwijl hun oordeel omtrent den toestand bij het 1ste Leger in hoofdzaak berustte op vermoedens en dat niet eerst getracht werd draadloos verbinding op te nemen met dat Leger om nader bericht omtrent den toestand te krijgen. Volkomen onbegrijpelijk en onverklaarbaar is echter, dat Overste Hentsch na het onderhoud met Generaal von Bülow nog den geheelen nacht in Montmort x) waar het hoofdkwartier van het 2de Leger gevestigd was bleef en eerst den volgenden morgen naar het 1ste Leger reed, terwijl toch de situatie bij het 1ste Leger den doorslag moest geven voor het bepalen van de wijze van voortzetten van de operatiën. Toen Overste Hentsch bij het 1ste Leger kwam en de toestand daar gansch anders bleek dan hij in zijn pessimistische stemming vermoedde, was er nog gelegenheid tot herstel, want op dat oogen- blik was de terugtocht bij het 2de Leger nog niet begonnen. Over ste Hentsch echter stelde, om te overtuigen van de noodzakelijk heid van den terugtocht van het 1ste Leger, den toestand van het 2de Leger veel zwarter voor dan deze was volgens hem was de terugtocht van het 2de Leger reeds begonnen en kon er geen sprake van zijn dit nog te veranderen. Dat Overste Hentsch zulks kon zeggen is alleen te verklaren, indien vóór zijn vertrek uit Montmort het besluit van Generaal von Bülow om terug te trekken vaststond Immers toen Overste Hentsch bij het 1ste Leger aankwam was de mededeeling van het besluit tot teruggaan van het 2de Leger daar nog niet binnen gekomen. Wegens het ernstig gevaar dat door den terugtocht van het 2de Leger ontstond voor het 1ste, volgde Generaal von Kluck, zeer tegen zijn zin het in naam van de O. L. door Overste Hentsch uit gesproken bevel tot den terugtocht op. Niet onder 'svijands druk, noch bij het 1ste noch bij het 2de Leger noopte de toestand daar werkelijk toe doch geheel vrijwil lig werden de Duitsche Legers teruggenomen. Ook Foch erkende later, dat het besluit tot den terugtocht overijld genomen was het was voor de Duitsche Legers nog immer mogelijk geweest zich in hun opstelling te handhaven. 648 Z.W. van Epernay.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1930 | | pagina 28