In het hiervoor genoemde artikel „Een nieuwe batterijdienst" worden de volgende middelen aanbevolen om tot de zoo gewensch- te tijdsbesparing te geraken. Ie. Een groot deel van de, door den vuurleider gegeven, com mando's, worden door den batterij-telefonist met luider stem herhaald en wel zoodanig, dat deze commando's hoorbaar zijn voor de drie stukscommandanten en de bediening. 2e. Door den ondercommandant en de stukscommandanten wor den deze luid uitgeroepen commando's onverkort opgeschre ven en daarna uitgewerkt, de ondercommandant voor de drie stukken en de stukcommandanten voor hun eigen stuk. 3e. Voorts wordt het zwaartepunt gelegd op het niet herhalen van de, door den batterij-telefonist, doorgegeven commando's en wordt hierdoor getracht het verantwoordelijkheidsgevoel en de onderlinge samenwerking van het batterijpersoneel te verhoogen. Waar naar mijn bescheiden meening aan het aanbevolen stel sel verschillende nadeelen kleven, welke zich niet bij den huidi- gen, beproefden batterijdienst voordoen, zij het mij vergund deze in het volgende te bespreken, waardoor vanzelf verschilpunten te berde zullen worden gebracht. Aannemende, dat voor de bespreking van den huidigen bat terijdienst wordt uitgegaan van een batterij van 3 X 7% cm. Vd., welke telefonisch is verbonden met den vuurleider, zullen de volgende onderwerpen worden behandeld. A. Een oordeelkundige samenwerking tusschen vuurleider en ondercommandant. Indien een vuurleider zijn commando's in bepaalde groepen, logisch en in de juiste volgorde, doorgeeft, zal dit belangrijk bijdragen om het vuur snel le doen openen. Deze groepen van commando's worden onderscheiden in: a. Groep voor de zijdelingsche richting. b. Groep voor de hoogterichting. c. Groep voor projectiel en tempeering. d. Groep voor de vuurwijze en de laadwijze. 661 A. EEN OORDEELKUNDIGE SAMENWERKING TUSSCHEN VUURLEIDER EN ONDERCOMMANDANT. B. EEN OORDEELKUNDIGE SAMENWERKING TUSSCHEN ONDERCOM MANDANT EN STUKSCOMMANDANTEN.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1930 | | pagina 41