De batterij-telefonist geeft deze commando's door aan den ondercommandantheeft deze een goeden neus gehad, dan com mandeert hij alleen batterij zooveel meer of minderis hij minder goed geslaagd in het uitzoeken van een terreinpunt of heeft daartoe den tijd ontbroken, dan commandeert hij alleen hoor baar voor het betreffende stuk: „Top Lagadar,stand opne men" of, zooals dikwijls in de praktijk voorkomt, begeeft zich de ondercommandant naar het stuk, wijst dit het richtpunt aan en vraagt den stand. Wordt de richting gegeven met het kompas, dan wordt door den ondercommandant in den zelfden geest gehandeld als boven. De commandovoering blijft geheel in handen van den onder commandant; de samenwerking tusschen vuurleider en ondercom mandant is goed verzekerd. Nu lezen wij op blz. 550 van het genoemde artikel„Met be trekking tot de methode en eveneens met betrekking tot een bepaalde tijdwinst kan de eerste richting aanzienlijk worden vereenvoudigd, terwijl zij toch in de hand van den O. C. blijft", maar op blz. 545„De telefonist-batterij herhaalt met luider stem, hoorbaar voor de drie stukscommandanten en de bedie ning (c. q. door middel van een scheepsroeper) commandosge- wijze de door den telefonist B. C. doorgegeven commandos. O. C. en stukscommandanten schrijven die luid uitgeroepen commandos onverkort op en werken ze daarna uit, de O. C. voor de diie stukken en de stukscommandanten voor hun eigen stuk". Deze twee zinsneden, naast en in verband met elkaar beschou wende, geven aanleiding tot de vraag Wenscht men tusschen bei de gevallen onderscheid of m. a. w. Is het dan de bedoeling, dat bij het geven van de eerste richting de batterij-telefonist de commandos doorgeeft alleen aan den ondercommandant, en in andere gevallen de commando's hoorbaar doorgeeft aan alle stuks commandanten en de bediening? Zoo ja, dan is een nadeel van den aanbevolen nieuwen bat- terijdienst, dat er geen eenheid bestaat in het doorgeven der commando's van den vuurleider terwijl het er voor dezen batterij telefonist niet gemakkelijker op wordt. Het gestelde op blz. 547: „Teneinde zijn co. „laadt", zoo snel mogelijk na ontvangst der vuurleidingscos. te kunnen geven" en „Het co. vuren blijft eveneens in de hand van den O.C.", geeft echter zeer duidelijk aan, dat hierbij de ondercommandant deze commando's zelf doorgeeft en niet de batterij-telefonist. Ook hier doet zich dan hetzelfde nadeel voor als boven ver meld. In de gevallen, welke door mij hiervoor als voorbeeld zijn aan gehaald, is het overbodig, dat de stukscommandanten en de be diening de aanwijzende en de aanvullende commando's van den 663

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1930 | | pagina 43